Verschillende gemeenten geven ongunstig advies voor Ventilus-plannen
Verschillende gemeenten in West-Vlaanderen geven een ongunstig advies voor het ruimtelijk uitvoeringsplan voor hoogspanningslijn Ventilus. Het gaat onder meer om Oostkamp, Zedelgem, Ardooie, Izegem, Harelbeke en Waregem. Andere gemeenten geven geen advies. Enkel Avelgem geeft een gunstig advies met voorwaarden.
De Vlaamse overheid organiseerde vandaag in Brugge een plenaire vergadering met de betrokken burgemeesters en met andere betrokken organisaties en diensten, gaande van het agentschap Natuur en Bos over De Lijn tot netbeheerder Elia. Het overleg is de volgende stap in de procedure rond de hoogspanningslijn.
In het kort: wat is Ventilus?
- Ventilus is een hoogspanningslijn die dwars door West-Vlaanderen moet komen. Die moet de groene stroom van de vele windmolens op zee naar het binnenland brengen en de bevoorradingszekerheid in de provincie verzekeren
- Een groot deel van Ventilus zal via bestaande hoogspanningslijnen verlopen, die daarvoor versterkt worden. Er moeten ook nieuwe bovengrondse lijnen bijkomen. Over een korte afstand van enkele kilometers kan Ventilus ondergronds
- Veel bewoners die in de buurt van de geplande bovengrondse lijnen wonen, voeren al sinds de aankondiging protest. Ze vrezen een mogelijk negatief effect van de magnetische straling op de gezondheid. Ze pleiten voor een volledig ondergrondse lijn om de impact zo klein mogelijk te houden, maar onderzoek heeft uitgewezen dat dit technisch (nog) niet mogelijk is. De Vlaamse regering besliste daarom eerder al dat het grootste deel van Ventilus bovengronds zou gaan.
Bart Dochy (CD&V), burgemeester van Ledegem, vertegenwoordigt alle betrokken burgemeesters. Volgens hem blijven zij ervan overtuigd dat een volledig ondergronds tracé de beste optie is.
"Ze blijven ook bezorgd over de gezondheidseffecten van de blootstelling aan straling, de impact op het landschap en de aangepaste vergoedingsregeling.” De Vlaamse regering heeft een hogere compensatieregeling beloofd, maar is daarvoor ook afhankelijk van instanties als Elia en regulator CREG.
Volgens Dochy wordt er van de vergadering een verslag opgemaakt. "Hopelijk wordt er rekening gehouden met de geformuleerde opmerkingen en bezorgdheden.” Nadien is het aan de Vlaamse regering om het ruimtelijk plan voorlopig vast te stellen en dat plan gaat dan - wellicht in het najaar - in openbaar onderzoek.