Hongarije waarschuwt Rode Duivels: "Onderschat ons niet"

Als het aan Hongarije ligt, wordt het oorlog. Althans op het voetbalveld. De Rode Duivels mogen het Hongaarse elftal niet onderschatten, waarschuwen Hongaren tegenover deredactie.be. En geef ze eens ongelijk.

Hongaren zijn het verliezen beu. In 2016 wordt herdacht dat 60 jaar geleden de Hongaarse Opstand van 1956 werd neergeslagen door Russische troepen. En ook in de Eerste en Tweede Wereldoorlog zat het ze niet mee. Twee keer kozen de Hongaren verkeerde bondgenoten. Ze verloren tweederde van hun grondgebied. En er was gedoe met Turkse en andere bezetters door de eeuwen heen.

Als het op het slagveld niet wil lukken, dan toch minstens op het groene voetbalveld, vindt de Hongaarse premier Viktor Orbán.

De Hongaarse chauvinist en voetbalfan in hart en nieren heeft er zelfs een academie en stadion voor opgericht. Daar wil hij voetbaltalent kweken. Min of meer in zijn eigen achtertuin. Dat mocht best wat kosten: ongeveer 15 miljoen euro. Het stadion achter Orbán's huis telt 3.500 zitplaatsen. Dat is twee maal de totale bevolking in het knipper-en-je-mist-het-dorpje Felcsút, zo'n 40 kilometer buiten Boedapest.

Het stadion en de academie zijn vernoemd naar wijlen Ferenc Puskás, de Paul Van Himst van het Hongaarse voetbal. Onder Puskás werd Hongarije tijdelijk een voetbal grootmacht. Ze versloegen zelfs Engeland met 6-3 tijdens de zogenoemde "Wedstrijd van de Eeuw". Maar dat was 1953. Jarenlang keek Hongarije toe aan de zijlijn.

Geduchte tegenstanders

Zeker 44 jaar mocht het Hongaarse elftal niet meedoen aan het EK. Totdat Orbán zich er mee bemoeide. Met geld van belastingbetalers. Zondag moet blijken of hem dat door vriend en vijand vergeven wordt.

De media lijken de Rode Duivels wel als geduchte tegenstanders te zien. "De Belgen komen" is de teneur in de kranten. Het dagblad Nemzeti Sport (Nationaal Sport) schrijft "wonderen te verwachten" van de aanvallende middenvelder Kevin De Bruyne.

Ook wordt nerveus gekeken naar andere spelers zoals Radja Nainggolan, die de Rode Duivels al voorbij Zweden trapte met een volgens supporters "heerlijk" doelpunt. En er wordt jaloers gewag gemaakt van het vele geld dat in de verbetering van het Belgische elftal gestopt zou zijn. Het team zou 13 maal meer waard zijn dan het Hongaarse elftal.

De gemiddelde leeftijd van de Belgische spelers van 26 jaar wordt in Hongaarse media ook als een pluspunt ervaren. "Maar de 30-jarige Thomas Vermaelen en Laurent Ciman zijn de meest ervaren spelers", waarschuwt Nemzeti Sport.

Gevaarlijke doelman

Toch kan het gevaar voor de Rode Duivels komen van een doelman van middelbare leeftijd: de 40-jarige Hongaar Gábor Király, de oudste speler op een EK aller tijden, staat zondag naar verwachting weer tussen de palen. De grijze poffende trainingsbroek dragende Kiraly ("Ik ben geen model") lijkt onberekenbaar. Op cruciale momenten hield hij ballen tegen.

Maar vlak ook Zoltán Gera niet uit. De ooit wild levende rokende en veel drinkende en drugs gebruikende jongeman, die zelfs zijn eigen moeder heeft bestolen, zag het Licht: hij omarmde religie en werd alsnog een succesvolle profvoetballer. Hij won onlangs zelfs met Ferencváros, de belangrijke voetbalclub uit Boedapest, de Hongaarse Cup. En hij werd ook nog gekozen tot beste voetballer van het seizoen. Hij is een symbool geworden van de dikwijls treurige Hongaren, die lijden tot een kunstvorm hebben verheven. Ondanks tegenslagen kun je alsnog een winnaar worden, is het advies van Gera.

En met premier Orbán als meest fanatieke supporter, zou het moeten lukken om ook de Rode Duivels te verslaan. Of gelijk te spelen, denken Hongaren in Boedapest. In de Pointer Pub, een soort Engelse megakroeg met megapizza's en een gigantisch televisiescherm, ziet de breedlachende barvrouw en serveerster Éva Horváth de toekomst al zonnig tegemoet. "Ik heb vreemden elkaar zien omhelzen nadat wij gelijk hebben gespeeld tegen Portugal deze week."

Ze zag hetzelfde knuffelende tafereel ook bij andere wedstrijden. Hongaren voelen zich weer even winnaars, denkt de 26-jarige schone. "Het is wat mystiek", zegt ze. Maar ze waarschuwt de Rode Duivels: "Ik denk dat wij als team beter samenwerken dan de Belgen." Hongarije mag niet worden onderschat, vindt Horváth. "We hebben nu zoveel inzet. Mogelijk komt dat ook door onze geschiedenis. Misschien dat Hongarije weer gaat winnen." Tenminste op het voetbalveld.

Meest gelezen