Syed Wahidi (49) in het testcentrum van het AZ Sint-Lucas.

6 jaar geleden ontvluchtte hij Afghanistan, nu staat hij 7 op 7 in Gents testcentrum: het verhaal van arts Syed Wahidi

Zes jaar geleden vluchtte Syed Wahidi (49) met zijn gezin voor de Taliban naar België na een aanslag op zijn leven, vandaag is hij zo goed als dagelijks aan de slag in het testcentrum van het AZ Sint-Lucas in Gent. Ondertussen schaaft hij zijn Nederlands bij en droomt Wahidi van een toekomst als huisarts. "Ik heb veel van dit land gekregen. Ik werk met plezier 7 dagen op 7. Tot elke euro die ik België heb gekost, is terugbetaald aan de belastingen."

Van maandag tot en met zondag staat Syed Wahidi paraat in het testcentrum van het AZ Sint-Lucas in Gent. Verdeeld over 2 shiften passeren er tijdens zijn werkdag zo'n 300 Gentenaren langs zijn praktijkstoel. Een volle agenda, maar voor de Afghaanse arts en ex-overheidsadviseur ook de ideale gelegenheid om de Nederlandse taal onder de knie te krijgen. 

Als kind al op de vlucht

Wahidi sloeg 42 jaar geleden een eerste keer op de vlucht toen de Sovjettroepen Afghanistan binnenvielen tijdens de Afghaanse oorlog (1979-1989). Hij liep zijn lagere- en middelbare school in buurland Pakistan, waar hij uiteindelijk ook zijn doktersdiploma behaalde en zijn carrière startte als arts in een universitair ziekenhuis.

"Na 2 jaar verliet ik Pakistan om terug te keren naar mijn thuisland Afghanistan. Daar werkte ik met vluchtelingen bij een NGO onder de vleugels van de Amerikanen”, vertelt Wahidi. "Toen president Hamid Karzai aan de macht kwam, ben ik in Kaboel als adviseur aan de slag gegaan bij het ministerie van Volksgezondheid."

Kort na de aanslag kreeg ik een waarschuwing van de Taliban. Ze waren toen nog niet aan de macht, maar hadden een sterk netwerk in Kaboel

Syed Wahidi

Maar Wahidi was het studeren nog niet verleerd. Hij trok naar Indonesië en behaalde een tweede masterdiploma rond Volksgezondheid en Economisch beleid. "Afghanistan is een arm land dat soms vergeet dat het arm is", zegt hij daarover. "De staat betaalt de gezondheidszorg, maar aangezien die geen geld heeft, is de zorg van slechte kwaliteit. Veel problemen in Afghanistan zijn een gevolg van onderliggende socio-economische kwesties. Je kan het ene niet oplossen zonder ook naar het andere te kijken."

(Lees verder onder de foto)

Wahidi na zijn studies in Indonesië.

Aanslag en vlucht naar België

Na zijn studies in Indonesië ging hij opnieuw aan de slag bij de Afghaanse overheid, deze keer bij het departement Landelijke Rehabilitatie en Ontwikkeling. De familie Wahidi boerde goed: zo schopte Syed’s vader, Sayed Fazlullah Wahidi, het tot gouverneur van Herat, een provincie in het noordwesten van Afghanistan aan de grens met Iran en Turkmenistan.

Toch moest Syed Wahidi in 2015 opnieuw op de vlucht slaan. "Er was een bom geplaatst onder een auto, vlak bij mijn wagen. Verschillende mensen zijn toen om het leven gekomen. Later bleek dat ze zich vergist hadden en dat ik naar alle waarschijnlijkheid het doelwit was. Kort na de aanslag kreeg ik een waarschuwing van de Taliban. Ze waren toen nog niet aan de macht, maar hadden een sterk netwerk in Kaboel."

(Lees verder onder de foto)

Wahidi samen met de voormalige Afghaanse minister voor Landelijke Rehabilitatie en Ontwikkeling, Wais Barmak.

De grond werd hem te warm onder de voeten. Wahidi vroeg asiel aan in België en verbleef 10 weken in een asielcentrum in Brussel. "Ik heb alles achtergelaten. Nadat ik mijn politiek asiel kreeg, ben ik naar Gent verhuisd. Sinds een jaar of zes woon ik hier met mijn vrouw en kinderen. Ik heb allerlei jobs gedaan, maar heb nu mijn zinnen gezet op een carrière als huisarts. Mijn diploma Geneeskunde werd onlangs gelijkgesteld met het Belgische artsendiploma, maar daarmee ben ik enkel nog maar een basisarts. Ik moet dus nog 3 jaar in opleiding en daarvoor is taalniveau C1 vereist. Mijn Nederlands moet en zal dus eerst verbeteren."

 Ik heb veel van dit land gekregen. Want wie als asielzoeker in België aankomt, leeft van een uitkering

Syed Wahidi

Daarom laat Wahidi geen enkele kans onbenut om te werken en zijn Nederlands al doende te verbeteren, al heeft hij naar eigen zeggen ook andere redenen voor zijn werklust. "Ik heb veel van dit land gekregen. Want wie als asielzoeker in België aankomt, leeft van een uitkering. Ik ben daar enorm dankbaar voor en werk met plezier 7 dagen op 7 tot elke euro die ik België heb gekost, is terugbetaald aan de belastingen", besluit hij. "Ik wil hier dan ook oud worden. Als ik binnenkort mijn C1-niveau haal, kan ik al tijdens mijn opleiding aan de slag als kandidaat-huisarts. Hier in mijn wijk wonen veel mensen met een migratie-achtergrond. Ik spreek een zestal talen en zou naast Afghanen ook Iraniërs, Pakistanen en Indiërs in hun moedertaal kunnen helpen. Als ik dat kan doen tot mijn zeventigste, dan ben ik een gelukkig man."

Meest gelezen