©2014 brilk

Mythe: het "vodje papier" als blijk van Duitse minachting

De Duitse rijkskanselier in de eerste oorlogsjaren, graaf Theobald von Bethmann Hollweg, werd berucht, omdat hij de Belgische neutraliteit "een vodje papier" had genoemd. De uitspraak van de kanselier werd als een teken van Duitse arrogantie en minachting beschouwd. Maar zo had hij het niet bedoeld. 

Met zijn uitspraak verwees de Duitse rijkskanselier naar het verdrag van Londen uit 1839, waarin de grote mogendheden de eeuwige (en verplichte) neutraliteit van de nieuwe staat België hadden gegarandeerd. 

De uitspraak raakte bekend via de Britse ambassadeur in Berlijn. Die bracht Bethmann Hollweg op 4 augustus 1914 een bezoek om hem te bevestigen dat het Britse Rijk nog die avond in oorlog zou zijn met Duitsland als het de Belgische neutraliteit bleef schenden. Het Duitse leger was in de ochtend België binnengevallen.

De ambassadeur trof de kanselier opgewonden aan. Hij was zeer bedroefd dat Groot-Brittannië om die reden ten oorlog trok. Wat de Britse regering deed, zo zei hij tegen de ambassadeur, "was in zekere zin verschrikkelijk: alleen voor een woord – 'neutraliteit', een woord dat in oorlogstijd zoveel was genegeerd – alleen voor een vodje papier ging Groot-Brittannië oorlog voeren tegen een verwant land dat niets anders wilde dan zijn vriend te zijn."

De onder vier ogen uitgesproken opmerking van Bethmann Hollweg was dus niet een uiting van minachting, maar van oprechte teleurstelling. De rijkskanselier had altijd goede betrekkingen met Engeland nagestreefd.

Eerder die dag had hij in een toespraak voor de Rijksdag zijn spijt uitgedrukt dat de Belgische neutraliteit geschonden was en beloofd dat Duitsland dit ooit zou moeten goedmaken, maar dat het niet anders kon.

De woorden zouden hem blijven achtervolgen. De Britse propaganda maakte er overvloedig gebruik van. Britse affiches toonden een afbeelding van de handtekeningen onder het Verdrag van Londen, met de titel "Scrap of Paper".

Meest gelezen