Kritiek op keuze voor bedrijf Devside om Belgische tracing-app te bouwen, professor Bart Preneel: "Keuze wél objectief"

De keuze voor Devside werd gisteren bekendgemaakt, maar oogstte op sociale media meteen veel kritiek. Het zou om een piepklein bedrijfje gaan, waar nog niemand van had gehoord. Hier en daar wordt zelfs gesuggereerd dat de aanbesteding voor de opdracht geschreven was op maat van het bedrijf.

Maar die kritiek is onterecht, zegt Preneel. "Het bedrijf had een zeer degelijk en onderbouwd voorstel ingediend en ze hebben ook uitgebreide ervaring met het ontwikkelen van apps, meer dan 100 apps in de laatste tien jaar."

"Het ontwikkelen van de app is een grote opdracht, maar het gaat om het aanpassen van een bestaande app, waar in Duitsland heel veel geld in is gestoken. De programmeercode daarvan is vrij beschikbaar en heel goed gedocumenteerd. We moeten er eigenlijk gewoon aanpassingen aan maken zodat die app ook goed kan werken in het Belgische gezondheidssysteem", zegt  Preneel. 

"Bovendien is er een tweede, iets groter, bedrijf betrokken. Dat zal zorgen voor de "backend", de centrale servers waar de app mee praat. We hebben ook gepraat met de ontwikkelaars van Devside over hun plannen, en uit dat interview zijn zij heel goed uitgekomen."

Een andere kritiek was dat het lastenboek louter in het Frans opgesteld was. "Het opstellen van het lastenboek is onder heel hoge tijdsdruk gebeurd. Het juridisch deel was in het Frans, maar het technisch deel was voor een groot deel in het Engels", zegt Preneel. "Om te communiceren met Apple en Google moet je documentatie kunnen leveren van de bestaande app en die is het Engels."

"Het lastenboek is zeker niet geschreven op maat van een bedrijf. Begin april was er al beslist dat we moesten kiezen voor een DP-3T-oplossing. Dat is een open standaard met maximale privacy, waardoor je de Belgische app ook in andere landen kan gebruiken, als die ook DP-3T toepassen. We hebben enkel gevraagd om die open standaard te implementeren voor België."