Het College van Melle. Op het monument rechts staat een borstbeeld van de stichter, Kannunik Van Crombrugghe.

Mysteries ontrafeld: College van Melle ligt vol erfgoed, van pantoffels van de paus tot mummies

Op het College van Melle ligt een overvloed aan schatten. Dat heeft VRT Radio2 ontdekt. De school heeft, naast een zwembad en een grote kapel, ook 2 musea met historische en natuurwetenschappelijke objecten. "Een verbluffende collectie. We gaan alles inventariseren en verder onderzoeken. Dit is belangrijk erfgoed", reageert UGent-professor Patrick Monsieur. Bovendien werd er op het college voetbalgeschiedenis geschreven, want op de speelplaats werd er in 1863 voor het allereerst in ons land een balletje getrapt.

Radio2 ontrafelt de hele zomer lang mysteries uit Vlaanderen en Brussel. Met de hulp van luisteraars en experten proberen we antwoorden te geven over geheimzinnige verhalen.

Ligt er erfgoed op het College van Melle? Dat zocht VRT Radio2 deze week uit. En het antwoord is overduidelijk: "ja". Materieel erfgoed enerzijds, want het gebouw ligt boordevol bijzondere voorwerpen. Maar ook immaterieel erfgoed, want de school legde de fundamenten voor de voetbalsport in ons land. 

Leerlingen uit 50 verschillende landen

Het College van Melle werd in 1837 gesticht door Kanunnik Van Crombrugghe. Aan de grote oprijlaan van de school staat vandaag nog steeds een groot monument met een statig borstbeeld van de priester. "Op het monument zie je ook de 3 pijlers van de school toen: handel, industrie en wetenschappen. Hier werden de zogenaamde "Captains of Industry" opgeleid. En de leerlingen kwamen van over heel de wereld", weet directeur Jan De Gendt.

De internationale leerlingen brachten allemaal een object mee uit hun land. De bonte verzameling ligt in ons etnografisch museum.

Jan De Gendt, directeur secundair onderwijs aan het College van Melle

In het etnografisch museum op de school, prijkt een wereldkaart op de muur. "Hierop kan je zien van waar de leerlingen allemaal kwamen", duidt de directeur. "Ze kwamen uit China, Noord-Amerika, Zuid-Amerika, Australië, noem maar op. Op een bepaald moment zaten hier leerlingen uit wel 50 verschillende landen."

De wereldkaart die aantoont van waar de internationale leerlingen kwamen.

Naast de wereldkaart, vind je in het etnografisch museum meterslange vitrinekasten, boordevol voorwerpen. "Aan de internationale leerlingen werd gevraagd om een object mee te brengen uit hun thuisland. Dat staat hier allemaal tentoon", legt De Gendt uit. 

Hand van een mummie en schoeisel van historische figuren

De leerlingen waren geen doorsnee publiek. En wanneer de directeur een paar voorwerpen uitlicht, wordt meteen duidelijk dat ook de collectie voorwerpen niet alledaags is. Zo staan in de glazen kasten pantoffels van Paus Innocentius en laarzen van admiraal Nelson. Wat verder ligt een foto van Adolf Hitler, toen hij de school bezocht.

De kasten liggen opgedeeld per geografische afkomst. Zo is er onder meer een kast "Azië" of een kast "Egypte". De schooldirecteur tikt op de vitrine van de Amerikaanse kast en wijst een zwart, akelig uitziend voorwerp aan. "Dit is de hand van een mummie, waarschijnlijk van een prinses. Misschien wel van Pocahontas", lacht hij. 

Niet van elk object kennen we het verhaal erachter. We zouden hier eens een groep doctoraatsstudenten op moeten loslaten.

Jan De Gendt, directeur secundair onderwijs aan het College van Melle
Het etnografisch museum.

"Het is een bonte verzameling. Bij elk voorwerp hoort een verhaal, maar we kennen helaas niet elk verhaal. En ik denk wel dat dat iets is dat de mensen willen. Ze willen niet alleen een verzameling voorwerpen zien, ze willen verhalen horen", stelt De Gendt. "Er is een kleine inventaris van alle objecten, maar eigenlijk zou je hier eens een groep doctoraatsstudenten op moeten loslaten."

Stoffige zolder met opgezette dieren

Het tweede museum, met natuurhistorische objecten, toont de directeur met wat meer schroom. "Het is niet in dezelfde staat als het etnografisch museum. Het is heel stoffig en het dak is wat kapotgegaan tijdens stormachtig weer. Ook de trap ernaartoe is niet in de beste staat."

Desalniettemin is het natuurhistorisch museum een parel: het is een zaal in neo-Arabische stijl met opvallende moulures. Achter de vitrines en achterin de ruimte staan opgezette dieren, in een bijzonder goede staat, maar er liggen ook skeletten, fossielen, zaden, noem maar op.

De leerlingen mogen hier niet vrij rondlopen. Anders verdwijnt er binnen de kortste keren een staart van een opgezette aap.

Jan De Gendt, directeur secundair onderwijs aan het College van Melle

"Er komen eigenlijk maar uiterst zelden mensen in onze musea", gaat de directeur verder. "Ook de leerlingen kunnen hier niet zomaar binnen en buiten wandelen. Ze moeten op voorhand toestemming vragen en dan ga ik mee om een woordje uitleg te geven. Als ik ze hier gewoon zou loslaten, verdwijnt er binnen de kortste keren een staart van een opgezette aap", lacht hij.

Ook ouders van leerlingen, buurtbewoners en verenigingen geeft de directeur met veel plezier een rondleiding. "Dat gebeurt wel alleen in het weekend. Onze school heeft natuurlijk in de eerste plaats een didactische opdracht. We hebben helaas de tijd en de middelen niet om daarnaast ook onze musea te onderhouden en openbaar te maken", besluit directeur Jan De Gendt.

Zit er tussen de "bonte verzameling" ook waardevol materiaal?

"De musea van het College van Melle zijn indrukwekkend",  reageert professor Patrick Monsieur. Hij is conservator van de archeologische collecties van het Gents Universiteitsmuseum (GUM). "Alleen al de architectuur van het gebouw, met invloeden uit verschillende periodes, is fantastisch. En dan de musea, de zorg waarmee die zijn ingericht, de afwerking, het meubilair… Het is verbluffend."

Of er erfgoed tussenzit? "Ik denk het wel", oordeelt Monsieur. "Neem nu de kast met spullen uit Egypte. Dat is een bijzondere verzameling, een heel vroege verzameling. Dat zie ik aan de vignetten waarop staat wie de schenker was."

Fraaie stukken uit Egypte

De meeste Egyptische voorwerpen komen uit de collectie van Eduard Blondeel Van Cuelebroeck. "Dat was onze eerste consul in Egypte, in 1837. Misschien hebben zijn kinderen hier op school gezeten, want zijn weduwe heeft de voorwerpen na zijn dood geschonken", zegt de professor.

De Egyptische spullen komen uit een heel vroege collectie. Dit is een grote bijdrage voor de Egyptologie.

Patrick Monsieur, conservator van de archeologische collecties van het GUM

"Dit is een grote bijdrage voor de Egyptologie", vermoedt Monsieur. "1837 is vroeg voor Egypte... En er zitten een aantal heel fraaie stukken bij. Bijvoorbeeld: een kleine mummie van - waarschijnlijk - een krokodilletje, en handen van een aapje. Dat zijn twee dieren die werden vereerd in het oude Egypte."

"Er ligt hier ook een deel van een mummiekist. Aan de tekeningen kan ik zien dat de dode een vrouw was. Er staan nog meer hiërogliefen op, dat is zeker interessant om te vertalen en na te kijken waar het op slaat", vindt hij.

Al is het vooral het totaalconcept dat de archeologieprofessor intrigeert. "De zaal met opgezette dieren is een didactisch museum, met de bedoeling om de leerlingen op te leiden in de zoölogie. Het is alsof je rondloopt in het Museum voor Natuurwetenschappen in Brussel. Een visionair gegeven", stelt hij. 

"De andere zaal heeft ook een hoge museumwaarde. En het is handig voor de geschiedenislessen op school. Maar het is iets wat eerder gegroeid is, aan de hand van schenkingen."

De totaliteit van het concept is bijzonder interessant. De spullen zijn extra waardevol doordat ze op een school liggen bewaard.

Patrick Monsieur, conservator van de archeologische collecties van het GUM

Experten zullen verder analyseren, misschien ooit publiek toegankelijk

Directeur Jan De Gendt vermoedde al wel dat de musea waardevol waren, maar is toch erg tevreden met de korte analyse van professor Patrick Monsieur. "De vraag is wel: wat nu? Hoe gaan we dit verankeren in onze dagelijkse werking? Want we blijven een school en onze prioriteit is kwaliteitsonderwijs aanbieden, wij zijn geen openbaar museum", zegt de directeur. 

Als de collectie ooit publiek toegankelijk wordt, zal dat wel hier zijn. De spullen moeten op de school blijven.

Patrick Monsieur, conservator van de archeologische collecties van het GUM

"Op termijn kunnen we misschien een vzw oprichten, zodat de spullen aan het publiek kunnen getoond worden", suggereert professor Monsieur. "Maar we gaan eerst en vooral met een team experten aan de slag. We gaan de collectie inventariseren en verder onderzoeken. Dan hebben we een stevig dossier om aan te tonen hoe belangrijk deze musea zijn. Maar hoe dan ook: de spullen moeten hier blijven. Dit is een totaalconcept, dit is belangrijk erfgoed", besluit Monsieur.

Het eerste potje voetbal

Naast waardevolle materiële zaken, is er in het College van Melle ook immaterieel erfgoed aanwezig. Want de school was pionier in het voetbal. "In 1863 kwam een Ierse leerling na een schoolvakantie terug op het College van Melle, met een bal onder de arm. Een tot dan onbekend speelgoed. Hij leerde de spelregels aan zijn medeleerlingen en aan de paters van het College", vertelt Bert Neirynck. Hij schreef er in 1985 zijn thesis over.

"Ik had in een artikel gelezen over het ontstaan van het voetbal in ons land. Er stond in dat het College van Melle de eer voor zich opeiste, zonder harde bewijzen", vertelt Neirynck. Sportjournalisten als Roger Moens hadden de zaak al onderzocht, zonder resultaat. Maar Neirynck was vastbesloten om het antwoord te vinden.

Mijn haar kwam recht te staan toen ik het zwart op wit zag: een Ierse student van het College introduceerde voetbal in ons land
Bert Neirynck, voetbalkenner

Het was uiteindelijk in de archieven van het College van Melle dat hij het bewijs vond. "Ik zie mij daar nog zitten, in de oude bibliotheek, met een klein bureaulampje. Mijn haar kwam recht te staan toen ik het bewijs zag, zwart op wit", herinnert hij zich. "Oud-student Jules Dubois had erover geschreven. Hij herinnerde zich hoe een Ierse medeleerling voetbal introduceerde in ons land."

Bert Neirynck haalde met zijn eindwerk de hoogst mogelijke score. "Ik ben heel trots op mijn thesis. Terecht, denk ik. De geschiedenis van de voetbalsport was vrij goed neergeschreven vanaf 1895, maar de periode daarvoor niet. En ik heb een belangrijke bijdrage geleverd in het neerschrijven van de geschiedenis. Later in andere schrijfselen hebben ze zich gebaseerd op mijn eindwerk om het allemaal wereldkundig te maken." 

Een oud artikel dat Bert Neirynck heeft bewaard.

College van Melle als filmset

Dat het College van Melle geschiedenis heeft geschreven, is zeker. In de 19e eeuw werden de "Captains of Industry" er opgeleid, maar ook vandaag brengt de school nog een aantal indrukwekkende alumni voort, zoals atleet Cédric Van Branteghem en dj-producer Felix De Laet, beter bekend als Lost Frequencies. Die laatste nam zelfs een videoclip op op de school.

"De videoclip van Melody werd opgenomen op het College.  Dat is vrij uniek, want ze krijgen veel aanvragen voor filmopnames. Maar omdat ik er zelf heb gezeten, hebben ze toegezegd", vertelt Felix De Laet op VRT Radio2 in Oost-Vlaanderen. "Het was trouwens heel leuk om de school na al die jaren nog eens te zien." 

Felix De Laet heeft 4 jaar op het internaat van de school gezeten. "Ik heb er hele mooie herinneringen aan overgehouden. Als Franstalige leerling was het in het begin wat moeilijk, maar het heeft mij sterker gemaakt als persoon. Als ik ooit kinderen heb, dan ga ik ze ook naar daar sturen om wat levenservaring op te doen", lacht hij.

Als je ooit de kans hebt om naar een opendeurdag te gaan van het College van Melle: zeker doen!

Alumnus Felix De Laet, dj en producer onder de naam Lost Frequencies

De twee musea in de school hebben een grote indruk achtergelaten bij de jonge dj. "Er waren daar heel veel bijzondere dingen op school. Mummies, dierenskeletten, enzovoort. Ik vond dat heel leuk. Zeker eens de moeite om te zien. Wanneer ze opendeurdag houden, kan ik iedereen aanraden om het College eens te bezoeken", besluit De Laet.

Meest gelezen