VS houdt "diplomatieke boycot" tegen Olympische Winterspelen in Peking: geen vertegenwoordigers, wel atleten
De VS stuurt geen ministers of diplomaten naar de Olympische Winterspelen die in februari in Peking zullen doorgaan. Een officiële vertegenwoordiging zou de indruk geven dat het "business as usual" is, zei de woordvoerster van het Witte Huis, Jen Psaki. En omdat China, volgens de VS, op een grove manier de mensenrechten met de voeten treedt, kan dat niet de bedoeling zijn. Washington neemt daardoor het voortouw in een diplomatieke boycot van de Spelen. Amerikaanse atleten mogen wel gaan.
De beslissing van de regering-Biden maakt vooral politiek een verschil. In de praktijk zal het aantal en formaat van de officiële delegaties hoe dan ook beperkter zijn wegens de risico's van de covid-pandemie. En de Amerikaanse atleten wordt niets in de weg gelegd, zij kunnen - met de volledige steun van de regering - vrijuit gaan deelnemen aan de Spelen.
Toch is de openlijke boycot van de VS een duidelijk signaal van kritiek en onmin met Peking. Jen Psaki noemde met name de schending van mensenrechten en "wreedheden" tegen de Oeigoerse minderheid in de westelijke provincie Xinjiang als reden waarom de Amerikanen niet kunnen doen alsof hun neus bloedt. "We hebben een fundamentele verplichting om mensenrechten te bevorderen", zei ze. Ter vergelijking: in 2008 woonde de Republikeinse president George W. Bush nog de openingsceremonie bij van de Olympische Zomerspelen in Peking. De relaties tussen Washington en Peking zijn sindsdien opmerkelijk verkoeld.
Chinese reactie: "Wishful thinking"
De Chinese reactie houdt het midden tussen dédain en verontwaardiging. Aan de éne kant wijst het Chinese ministerie van Buitenlandse Zaken er op dat de Amerikanen niet eens uitgenodigd waren, en noemt het de boycot een vorm van "wishful thinking" en "grootsprakerij". Aan de andere kant dreigt Peking met sterke tegenmaatregelen.
De Amerikaanse boycot hing al langer in de lucht, maar is nu officieel bevestigd en aangekondigd in een week waarin China op nog een andere manier de wacht wordt aangezegd. Donderdag en vrijdag organiseert president Biden een virtuele Top voor Democratie, waarvoor hij meer dan honderd landen heeft uitgenodigd. China staat in het rijtje van landen die niét zijn gevraagd - en ook dat heeft in Peking kwaad bloed gezet.
Mensenrechtenorganisaties zijn tevreden over het Amerikaanse initiatief. Human Rights Watch noemt het een eerste "cruciale stap om China ter verantwoording te roepen voor de misdaden tegen de menselijkheid waarvan de Oeigoeren en andere Turkse minderheden het mikpunt zijn".