VRT NWS trok naar Venetië na corona: een bloedbad voor het toerisme

Italië opent vandaag opnieuw zijn grenzen voor Europeanen. Zij hoeven niet meer in quarantaine als ze het land binnenkomen. Maar ook de Italianen zelf mogen weer vrij rondreizen in hun land, mét de nodige voorzorgsmaatregelen. Italië wil zo het toerisme weer aanzwengelen, en de bevolking haar lang verhoopte vakantie gunnen. In Venetië trekt het toerisme voorzichtig weer op gang, kon onze ploeg ter plaatse vaststellen.

VRT NWS reist door Italië, een van de landen die het meeste door de coronacrisis zijn getroffen. We willen met eigen ogen nagaan welke sporen die in de samenleving heeft nagelaten. Daarbij houden we ons aan alle veiligheidsmaatregelen die bij een buitenlandse reis horen.

Aan de parkeergarages bij het historische centrum in de lagune staat er al een bescheiden file. Reizen binnen de regio Veneto waren al toegestaan, en de eerste duizenden dagjesmensen zijn al aangekomen. Maar naar Venetiaanse normen is het nog behoorlijk rustig, en is zelfs afstand houden nog geen onmogelijke opgave. 

Heel wat mensen dragen mondkapjes, anderen doen die moeite zelfs niet meer, en in de eerste rijen bij monumenten is van anderhalve meter tussenruimte geen sprake meer. Bij de ingang wordt je temperatuur gemeten, je mag pas binnen als die lager is dan 37,5 graden. Waar te veel volk samen is, is een mondmasker verplicht, en ook in gesloten ruimtes en op de vaporetto, het openbaar vervoer op het water.

Spookstad

“Het was hier onwaarschijnlijk stil, tijdens de lockdown”, zegt Jan van der Borg, professor toerisme-management aan de KU Leuven, die in Venetië woont. “Er liep niemand op straat, er waren geen boten, geen vaporetto’s, geen gondels, het leek wel een spookstad.” 

Hij vreest het ergste, als straks weer drommen toeristen naar de stad zullen afzakken. “Het wordt chaos, zegt hij, als er niet ook nagedacht wordt over hoe de openbare ruimte moet worden ingericht. En daar zijn ze hier helemaal niet mee bezig, de burgemeester blijft maar oproepen om massaal weer naar Venetië af te zakken.”

Hij pleit ervoor om de kans die de coronacrisis laat te grijpen om het toerisme duurzamer te maken. Hij neemt ons mee op een wandeling door de stad. Vanaf het station begint de aangeduide route richting Rialtobrug en San Marco-plein. “Hier is het normaal over de koppen lopen”, zegt Van der Borg. “Deze plek heeft echt alles van een toeristenval: winkeltjes met nep-glas uit Murano, goedkope namaak Venetiaanse maskers, slechte restaurants…”

Beluister hier de radioreportage vanuit Italië:

Sociaal-economisch bloedbad

“Maar het is natuurlijk een sociaal-economisch bloedbad geweest, deze lockdown”, zegt hij, “het risico is dat de wanhoop zo groot is dat de stad het toerisme zo snel mogelijk weer op peil wil hebben, onder druk van de toeristische sector. Maar slim is dat niet, en het is ook niet veilig, afstand houden wordt dan onmogelijk. Of toeristen al snel weer happig zullen zijn om tussen een massa volk te lopen, valt te betwijfelen.”

Videospeler inladen...

We lopen verder door de stad. Veel hotels, bars en winkels zijn nog niet opengegaan. “Aan die neergelaten rolluiken zie je ook dat veel bedrijfjes over de kop zijn gegaan”, zegt Van der Borg. “De huur is vreselijk duur in deze stad, en ook de vaste kosten zijn blijven doorlopen. Wie geen reserves had opgebouwd, heeft het niet gehaald. Twee-drie maanden sluiting is lang hé.”

Voorzichtig herstel

Wie wel wat reserve had, is de baas van een gezellige bar in Cannaregio, een rustige, minder toeristische wijk. In deze bar komen vooral buurtbewoners, en studenten en personeel van de universiteit vlakbij. De eigenaar heeft zijn reserves moeten aanspreken, maar kon daardoor ook het hoofd boven water houden. 

“De verplichte sluiting kwam toch onverwacht”, zegt hij. “Het was erg triest. Maar nu zie je toch weer de eerste tekenen van herstel. Mensen gaan weer naar hun werk, ze zitten niet meer opgesloten in hun huis, het is heel fijn om onze vaste klanten terug te zien, dat geeft toch wat vertrouwen in de toekomst.”

Maar zijn zaak doet het beter dan gemiddeld, omdat ze niet uitsluitend op toeristen draait, zoals veel andere zaken in de stad. “Die monocultuur, die totale afhankelijkheid van veel handelaars van het toerisme, maakt ze ook extra kwetsbaar voor een ramp als deze pandemie”, zegt Van der Borg.

Iets verderop ligt “Da Marisa”, een klein, typisch Venetiaans restaurantje dat ook erg populair is bij de plaatselijke bevolking. De Marisa in kwestie die er de plak zwaait, praat in zwierig Venetiaans dialect en onderstreept wat ze zegt met haar handen. Onze microfoon krijgt af en toe per ongeluk een tik. 

“De sluiting was erg moeilijk”, zegt ze. “Ook mentaal: in je hoofd maalt voortdurend de gedachte aan hoe het verder moet, en hoe lang het nog kan duren.” Zijzelf kreeg tijdens de sluiting zes euro per dag van de overheid. Haar personeel moest het stellen met een uitkering voor economische werkloosheid, 600 euro per maand.

“Giulia!” roept ze, naar de keuken. “Hoe lang heeft het geduurd voor jullie het geld van de sociale zekerheid kregen?” “Tot in mei!” roept Giulia vanuit de keuken. Marisa snuift. “In mei! Er zijn mensen die honger hebben geleden hé!”

Zwak vangnet

De hele sector had eerder ook al zwaar te lijden onder het Acqua Alta, de overstromingen die Venetië in de winter hebben geteisterd. “Het water stond kniehoog in mijn keuken”, zegt Marisa, “dat had ik nog nooit meegemaakt. En elke dag opnieuw! Dat coronavirus is nog bovenop het Acqua Alta gekomen, we zitten eigenlijk al sinds 12 november doorlopend in de problemen.”

Ze hoopt dat de zomer toch nog het jaar kan redden. “Als het maar mooi weer wordt”, zegt ze. “Mijn restaurant is klein, en de mensen zullen niet binnen willen zitten, met dat virus. Ik zal moeten leven van mijn terras. Als de zon toch maar wil schijnen…”

Er was wel een vangnet, een uitkering voor het personeel, een systeem van economische werkloosheid, maar Italië is een erg bureaucratisch land, zegt Jan van der Borg. “Omdat er ook veel misbruik wordt gemaakt van het systeem, zijn er erg veel regels en procedures, en kwam het geld dus erg laat terecht. Er is een vangnet, maar het is bijzonder zwak.”

Veel zaakjes zijn daarom ook nu nog gesloten, zegt hij. “Het is vaak goedkoper om de zaak te sluiten, zodat tenminste de personeelskosten wegvallen, dan om voor de weinige klanten die er nu al zijn weer open te gaan.”

En dat het toerisme in Venetië nog lang niet op gang is gekomen, merken we vooral ‘s avonds en ‘s ochtends vroeg, wanneer de dagjesmensen vertrokken zijn of nog niet weer aangekomen. In het breekbare licht hangt dan een sprookjesachtige stilte. Zelfs het water beweegt nauwelijks. Het is een unieke ervaring voor de bezoeker, maar die stilte snijdt de Venetianen wel diep in het vlees.

Onze reporter Willem Van Mullem is in Italië en maakte in Umbrië een reportage over agriturismo, de Italiaanse logies op het platteland.  Bekijk hier de reportage en het gesprek met Willem Van Mullem:

Videospeler inladen...
Videospeler inladen...

Meest gelezen