BNP Paribas Fortis en AG nemen Touring over: "Pechverhelping op zich is niet meer rendabel"

Touring werd in 1895 opgericht als de Touring Club de Belgique, eerst gericht op fietsen, later op auto's. Maar de omslag naar meer elektrisch rijden vraagt om een andere aanpak en om meer kapitaal. AG verwerft 75 procent van de aandelen, BNP Paribas Fortis de resterende 25 procent. Hoeveel ze op tafel gelegd hebben, is onduidelijk. De drie partijen zijn overigens geen onbekenden voor elkaar. Touring en AG werken al zeven jaar samen voor bijstand, en sinds 2019 gingen de drie bedrijven een partnerschap aan.

"Pechverhelping op zich is minder en minder winstgevend en ook moeilijker aan te bieden", zegt Tony Verhelle van Autogids. "Er zit ook veel meer elektronica in auto's dan vroeger en dat maakt het lastiger om ze te herstellen onderweg. Meestal is er ook een rechtstreekse knop van de auto naar de constructeur, om problemen te signaleren. Vroeger was alles veel eenvoudiger, technisch gezien. De pechverhelper is meer en meer een sleepdienst geworden naar de garage." 

De pechverhelpers zoeken al langer naar nieuwe inkomsten. "Ze noemen zich tegenwoordig mobiliteitsclubs, bieden ook pechverhelping aan voor fietsers en allerlei verzekeringen. Touring biedt zelfs reizen aan en reisverzekeringen." De overname door een bank en een verzekeraar past dus perfect in dat plaatje.

Nieuwe wagens gaan ook minder snel stuk. "En als ze stuk gaan heeft het dikwijls te maken met de electronica, en die problemen zijn onderweg moeilijker om op te lossen. We maken ook volop de overstap naar de elektrische wagen. Die heeft minder onderdelen en zou nog minder snel in panne vallen. En daar wil men op inspelen", zegt Verhelle.

Touring is jaarlijks goed voor 680.000 depannages, verwerkt 145.000 telefoontjes van Belgen in nood in het buitenland en realiseert jaarlijks 35.000 technische of medische interventies in het buitenland. Meer dan 2 miljoen Belgen kunnen een beroep doen op de bijstand van Touring.