"Gevleugelde" zebrapaden moeten dodehoekongevallen helpen voorkomen

Een vrachtwagenbestuurder heeft vaak een slecht zicht op een zebrapad. Door de zogeheten "dode hoek" voor en naast de vrachtwagen, kan de chauffeur moeilijk zien of een zebrapad vrij is of niet. Vooral wanneer een groep oversteekt, schoolkinderen bijvoorbeeld, is dat een probleem. Als de vrachtwagen doorrijdt terwijl er nog kinderen aan het oversteken zijn, kan dat vreselijke gevolgen hebben.

Daarom test AWV een nieuw type zebrapad uit, in Brugge en in Melle. Bij het nieuwe "gevleugelde" zebrapad worden de witte strepen een stuk verlengd, tegen de richting van het verkeer in. Een gewoon zebrapad is 3 à 4 meter breed. Op de testlocaties zullen de strepen verlengd worden tot 8 à 9 meter en in elke rijrichting dus naar een andere kant. Bedoeling is dat bestuurders vroeger gaan stoppen en een beter zicht krijgen op de hele oversteekplaats.

Tegelijk wordt de oversteekplaats afgezoomd met hekjes, zodat alleen het centrale gedeelte van het zebrapad gebruikt kan worden. Op de verlengde stukken zou in principe niemand mogen lopen.

Om het effect van de gevleugelde zebrapaden te meten, wordt een voor- en een nastudie gedaan. Daarmee onderzoekt AWV hoe bestuurders en voetgangers reageren voor en na de aanleg van het gevleugelde zebrapad. Als blijkt dat de verlengde strepen écht helpen om onveilige situaties en dodehoekongevallen te voorkomen, dan zullen ze ook op andere plaatsen aangebracht worden. 

Volgens het verkeersinstituut VIAS gebeuren er elk jaar gemiddeld 50 dodehoekongevallen waarbij een fietser of voetganger aangereden wordt door een vrachtwagen.