De zussen van de koning: Marie José, de meikoningin die bij Hitler op de koffie ging en een vliegtuigcrash overleefde

Deze zomervakantie zet VRT NWS de (legitieme) zussen van de jongste 4 koningen der Belgen in de schijnwerper. Het waren en zijn vaak vrouwen in de schaduw, maar toch hebben ze meer dan eens hun stempel op de geschiedenis gedrukt. Vandaag ligt de focus op Marie José, de zus van Leopold III.

“La regina di maggio” of “de meikoningin”: het lijkt een naam uit een sprookjesboek voor kinderen of de titel van een missverkiezing, maar ooit was het de bijnaam van een vrouw van vlees en bloed. Haar leven kondigde zich aan als een vorstelijke successtory, het draaide uit op een bittere ontgoocheling. Die vrouw, dat was prinses Marie José van België.

Haar verhaal begint in Mariakerke bij Oostende, op de hoek van de Northlaan en de Zeedijk. Daar staat vandaag een weinig creatief flatgebouw met op het gelijkvloers een immobiliënkantoor en daarboven verdieping na verdieping uniforme appartementen als verticale klonen. Het valt nauwelijks op, maar boven de ingang prijkt een opvallende naam: Residentie Albert Elisabeth. 

Het is een knipoog naar een buitenverblijf van koning Albert I en koningin Elisabeth dat in de 19e eeuw op diezelfde plek is gebouwd: Villa Osterrieth, een statig landhuis dat rond 1960 is gesloopt. Het is daar dat Marie José op 4 augustus 1906 wordt geboren. Ze is het derde kind van het (dan nog) prinsenpaar na prins Leopold en prins Karel. Haar naam is een eerbetoon aan Marie José van Bragança, de moeder van Elisabeth en een prinses uit Portugal.

“Een gouden droom”

Albert I is in de wolken met een meisje, Elisabeth had liever 3 jongens gehad. Toch heeft zij van meet af aan grote plannen met haar dochter. In navolging van haar groottante Charlotte moet en zal het meisje ooit een troon bestijgen. 

Elisabeth richt haar blik hiervoor op Italië. Daar is 2 jaar eerder Umberto van Savoye geboren, de enige zoon van koning Victor-Emmanuel III en zijn echtgenote Helena en op papier een ideale partij. Marie José ligt nog in haar wieg, maar haar lot is al bezegeld. 

“Van in mijn jeugd werd ik grootgebracht met het idee dat ik ooit in het huwelijk zou treden met Umberto, de troonopvolger van Italië”, schrijft Marie José in haar memoires. “Dat toekomstbeeld had in de geest van het kleine meisje dat ik toen was de vorm aangenomen van een gouden droom, een sprookje.”

Prinses Elisabeth met haar kinderen Leopold, Karel en Marie José.
API/GAMMA-RAPHO

“De gemakkelijke jaren voor de oorlog”

In wat ze zelf “de gemakkelijke jaren voor de oorlog” noemt, groeit Marie José op in een vrij burgerlijk gezin. Albert I noch Elisabeth is een koningskind pur sang en dat vertaalt zich in een strenge, maar minder protocollaire opvoeding van hun kinderen. “Een aantal kwaliteiten werd ons diep ingeprent”, zegt Marie José. “Gehoorzaamheid, rechtschapenheid, eenvoud. Elke vorm van babbelzucht, verspilling of tijdverlies was te mijden.”

Tegelijk kan Marie José het milieu waarin ze is geboren niet ontlopen. “Heel vroeg maakten mijn ouders ons vertrouwd met het officiële leven waaraan ze beroepshalve onderworpen waren en niet aan konden ontsnappen. We moesten hen regelmatig vergezellen. Kwajongensstreken uithalen of enige vorm van vrijheid was uitgesloten. Uiterst correcte, vormelijke kledij gold in alle omstandigheden als dé regel. De voorschriften waren streng.”

Marie José als klein meisje (1910).

Laken

Tot 1909 woont het gezin in een stadspaleis in de Wetenschapsstraat in Brussel, maar na de dood van koning Leopold II verhuist het naar het kasteel van Laken. Albert I is nu koning en voortaan komt die residentie hem toe. Net als zovele prinsen en prinsessen voor en na haar, geniet Marie José er met volle teugen van de natuur en de dieren op het uitgestrekte domein. Ze bouwt ook een innige band uit met de moeder van Albert I, de gravin van Vlaanderen die ze oma Flandre noemt. 

Al snel krijgt Marie José een gouvernante toegewezen, miss Hammersley uit Engeland. Wanneer ze 7 is, krijgt ze lessen spraakkunst en rekenen. Muziek komt al vroeger aan bod. “Ik stond te trappelen om pianolessen te volgen. Ik was 6 jaar toen ik mijn eerste oefeningen begon bij de muziekleraar van mijn broers. Ik raakte in de ban van toonladders en na een jaar kon ik al een klein werk van Schumann spelen. Ik was erg fier.”

“To be a perfect beauty”

WO I zet het leven van Marie José op zijn kop. Samen met haar ouders en haar broers vlucht ze in de zomer van 1914 naar Antwerpen. Ook daar blijft de situatie precair en Albert I stuurt zijn kinderen per boot naar Engeland. Uiteindelijk belandt Marie José in het klooster van de ursulinen in Brentwood waar ze schoolloopt. “Dit klooster beviel me. De overste, moeder Clare, was intelligent en iemand met een open geest.”

Marie José op de fiets in Hackwood, Engeland (1914).

Miss Hammersley blijft ook in Brentwoord aan de zijde van Marie José staan. Daar vertelt de gouvernante het meisje voor het eerst over de echtgenoot die haar moeder voor haar voor ogen heeft. “Het was in die tijd dat miss Hammersley, die dweepte met koninklijke families, me sprak over een eventueel huwelijk met Umberto van Savoye. Ik was met moeite 9 jaar oud!” 

Het zaadje van de gouvernante ontkiemt meteen. “Ze gaf me een foto van de jonge prins in scoutskleren. Ik zag mezelf al als de echtgenote van die sprookjesprins en vorstin van een feeënrijk. Toen moeder overste me vroeg wat mijn levensideaal zou zijn, antwoordde ik: “To be a perfect beauty” ("Een perfecte schoonheid zijn").”

Firenze

Marie José krijgt in Engeland af en toe bezoek van haar moeder. In de vakanties maakt ze samen met haar broers zelf de oversteek naar De Panne waar haar ouders België vanop het laatste lapje grond verdedigen. Ondanks de omstandigheden geniet Marie José enorm van de bezoekjes. Ver weg van het hof kan het gezin proeven van een ongedwongen samenzijn. Op 15 augustus 1916 doet de prinses haar eerste communie in de kerk van Vinkem, een dorp in de buurt van Veurne.

Marie José samen met koning Albert I in De Panne tijdens WO I.

Elisabeth schakelt intussen een versnelling hoger in de huwelijksplannen die ze voor haar dochter koestert. Begin 1917 stuurt ze Marie José naar de Santissima Annunziata di Poggio Imperiale in Firenze in Italië, een pensionaat voor meisjes van stand. De prinses is verrast, maar ze is blij met haar nieuwe school. In geen tijd leert ze vloeiend Italiaans, tot grote vreugde van haar moeder.

1,50 meter

Marie José blijft tijdens de oorlog regelmatig naar de Westhoek terugkeren, onder meer in de zomer van 1917. Victor-Emmanuel III brengt op dat moment een bezoek aan het geallieerde front in Frankrijk en komt ook langs bij Albert I en Elisabeth. Voor het eerst maakt Marie José kennis met haar toekomstige schoonvader. Veel indruk maakt hij niet op haar, onder meer omdat hij nauwelijks 1,50 meter groot is. “Ik ben groter dan de koning van Italië”, schatert ze het nadien uit.

Omgekeerd voldoet ze blijkbaar wel aan de vereisten want een half jaar later ontvangt ze in haar school in Firenze een uitnodiging van Victor-Emmanuel III en Helena om langs te komen in hun koninklijke villa in Battaglia bij Padua. Daar staat de koningin haar op te wachten samen met haar oudste dochter Yolanda en… Umberto. Het toekomstige echtpaar ontmoet elkaar voor het eerst. Hij is 13, zij is 11. 

Umberto op jonge leeftijd.

Kousenbanden

Binnenin de villa wacht Marie José een verrassing: in het salon treft ze haar eigen ouders aan. Die zijn toevallig enkele dagen in Battaglia op bezoek. De volgende dag brengen de 2 koningen een bezoek aan het Italiaanse front. De koninginnen en de kinderen verkennen de streek en maken onder meer een excursie naar Venetië. 

Tussen Marie José en Umberto loopt het niet echt los tijdens het uitstapje. Hij stelt zich nogal afstandelijk en gereserveerd op. Yolanda bestookt hen intussen met romantische insinuaties. Heel even breekt het ijs wanneer de kousenbanden van Marie José het begeven terwijl ze de trappen van de San Marcobasiliek beklimt en allerlei snoepgoed dat ze daarin had weggestopt op de grond klettert. Elisabeth is woedend, maar de rest van het gezelschap lacht zich een breuk.

Zilveren kadertje

Wanneer Marie José enkele dagen later naar Firenze terugkeert, geeft Umberto haar een zilveren kadertje met daarin een foto van hem. Ze bewaart het als aandenken in haar lessenaar. Voor haar is het intussen zonneklaar dat ze ooit met hem zal trouwen en koningin van Italië zal worden. In al haar naïviteit is ze het idee erg genegen en stelt ze Umberto als een ware droomprins voor. Hij is knap, charmant en sportief en in tegenstelling tot zijn vader heeft hij een rijzig gestalte.

Ook wanneer Marie José in 1919 naar België terugkeert, blijft ze van hem dromen. In Brussel zet ze intussen haar studies verder bij de Zusters van het Heilig Hart van Linthout, een prestigieuze school. In 1924 schrijven haar ouders haar in aan de Ecole Supérieure pour Jeunes Filles, een finishing school voor meisjes van adel. Ze blinkt uit in talen en heeft een grote interesse voor geschiedenis.

Een verplichting

Umberto heeft het veel minder op een huwelijk begrepen. Trouwen ziet hij louter als een verplichting, een verplichting die hij liefst zo lang mogelijk uitstelt. Zijn ouders geven de moed niet op want ook voor hen is Marie José een gedroomde partij. Ze is de dochter van een regerende vorst, ze is rijk én ze is katholiek. Die combinatie is op dat moment vrijwel uniek in Europa.

Vooral Helena is dol op Marie José en ze haalt alles uit de kast om haar in de buurt van haar zoon te houden in de hoop dat alsnog een romance losbarst. Zo nodigen zij en Victor-Emmanuel III Albert I en Elisabeth en hun kinderen in de jaren die volgen regelmatig uit in Italië voor een bezoek of een vakantie. Daarnaast lopen Marie José en Umberto elkaar geregeld tegen het lijf op huwelijken, bals, doopfeesten en recepties. Tot wanhoop van Marie José blijft hij de boot afhouden.

Marie José in gala (1928).
1928 AP

Milly

Intussen zet Umberto de bloemetjes buiten. Hij staat bekend als een rokkenjager en houdt er tal van avontuurtjes op na. Uiteindelijk valt hij voor Carla Mignone of Milly, een Italiaanse actrice. Victor-Emmanuel III is woedend, maar Umberto houdt aan zijn relatie vast. De koning neemt daarom drastische maatregelen om Milly uit het leven van zijn zoon te bannen: hij stuurt haar naar de VS waar hij voor haar een contract in de filmindustrie regelt.

Aan het einde van de jaren 20 zet Victor-Emmanuel III zijn zoon voor het blok: het is hoog tijd dat hij de dynastie veiligstelt en eindelijk de hand van Marie José vraagt. De boodschap komt luid en duidelijk aan bij de kroonprins die een groot ontzag voor zijn vader heeft. Zijn wil is wet en nooit durft hij hem tegen te spreken.

Carla Mignone ("Milly").

"Een soort gevangenis"

Met tegenzin en louter uit plichtsbesef gaat Umberto overstag en verklaart hij zich eindelijk bereid Marie José ten huwelijk te vragen. Begin september 1929 reist hij naar het kasteel van Ciergnon in de Ardennen, een buitenverblijf van de Belgische koninklijke familie. Daar wachten Albert I, Elisabeth en Marie José hem op. 

Eerst vraagt Umberto Albert I of hij de hand van zijn dochter mag vragen. Even later kunnen de jongelui ongestoord met elkaar praten en doet hij haar formeel een aanzoek. De eerste woorden van Umberto voor Marie José zijn een koude douche. “Wij, in onze positie, leven in een soort gevangenis”, zegt hij. “Wij doen niet wat wij willen, wij zijn niet vrij om onze toekomst te plannen zoals andere jonge mensen.”

Marie José moet even slikken, maar toch is ze vooral opgelucht dat ze eindelijk met hem verloofd is. “Papa, maman, ça y est! Nous sommes fiancés (“Papa, mama, het is gebeurd! We zijn verloofd!”) roept ze uit nadat hij weer is vertrokken. 

Marie José en Umberto omringd door verlovingsgeschenken in Laken (eind 1929).
1929 Keystone-France

Benito Mussolini

De vreugde bij de beide ouderparen is al even groot, al heeft Albert I bedenkingen. In Italië is sinds 1922 Benito Mussolini aan de macht en sindsdien vormt hij het land stelselmatig om tot een fascistische dictatuur.

Die dictatuur en het Italiaanse koningshuis gaan hand in hand. Victor-Emmanuel III is dan wel het staatshoofd, hij kan of wil Mussolini niks weigeren en is een marionet in zijn handen. De redenen hiervoor lopen uiteen en zijn soms ook persoonlijk. Zo vreest de koning dat de dictator stiekem van hem af wil en zijn neef Emmanuel Filibert op de troon wil plaatsen, de hertog van Aosta die het fascisme genegen is. Mussolini kan dat in principe doen omdat hij een wet in het leven heeft geroepen die zijn fascistische partij het laatste woord in de troonopvolging geeft.

Daarnaast zou Mussolini Victor-Emmanuel III volgens een hardnekkig gerucht chanteren met een bezwarend dossier over Umberto. Daarin zou hij bewijs hebben verzameld dat de kroonprins homoseksueel is en verschillende relaties met mannen achter de rug heeft. De vele vrouwen in zijn leven zouden niet meer dan een dekmantel zijn. Nooit komt evenwel zo'n dossier aan het licht.

Mussolini en Victor Emmanuel III (30 september 1938).

"Zwarte donderdag"

Het brede publiek komt de verloving van Marie José en Umberto op 24 oktober 1929 te weten wanneer het Paleis in Brussel die bekendmaakt. Aan de andere kant van de Atlantische Oceaan voltrekt zich diezelfde dag “Zwarte donderdag”, de crash van de beurs van Wall Street in New York die het begin van de Grote Depressie inluidt. 

Ook voor Umberto is het een bewogen dag. Hij is voor de gelegenheid naar Brussel gereisd waar hij het graf van de onbekende soldaat gaat groeten. Tijdens die plechtigheid vuurt de antifascist Fernando Da Rosa vanuit het publiek een schot op hem af. Hij mist al dan niet bewust zijn doel en de kroonprins komt er met de schrik van af. 

Een jaar later verschijnt de dader voor het hof van assisen van Brabant. Hij krijgt een milde straf omdat hij niet meer dan een “symbolische daad” tegen de monarchie en het fascisme wou stellen. Opvallend: de latere premier Paul-Henri Spaak treedt op als zijn advocaat en haalt zwaar uit naar het Italiaanse koningshuis. “Indien de koning van Italië had gesproken en gehandeld zoals onze koning Albert, dan zou het fascisme in Italië niet bestaan”, zegt hij.

Maria van Piëmont

Op 3 januari 1930 vertrekt de voltallige koninklijke familie van België naar Rome voor het huwelijk van Marie José en Umberto. De festiviteiten duren een week en zijn voor Mussolini de uitgelezen kans om zijn regime in de verf te zetten. Alles moet Italiaanser dan Italiaans zijn, zelfs de naam van Marie José. Hij wil dat ze zich voortaan Maria Giuseppina laat noemen, maar ze stelt haar veto. Uiteindelijk komt de titel Maria van Piëmont als compromis uit de bus.

De eigenlijke inzegening vindt op 8 januari plaats in de kapel van het Quirinaal, de officiële residentie van de koning van Italië. Marie José draagt een bruidsjurk die Umberto zelf heeft ontworpen. De bruid vindt het resultaat maar niks, maar ze heeft geen keuze. “Umberto had me zo goed als verplicht dat kledingstuk te dragen. Ik vond het een verouderd model. Ik had een ander, veel eenvoudiger en moderner kleed gekozen. De sleep was lang en zwaar en hinderde me gedurende de hele plechtigheid.”

Marie José en Umberto op hun trouwdag.
1930 AP

Op het laatste moment breekt paniek uit wanneer blijkt dat de mouwen van de jurk verkeerd zijn geknipt. Er zit niks anders op dan ze te verwijderen waardoor Marie José in putje winter mouwloos naar het altaar moet. Een paar lange, vingerloze handschoenen en een sluier van kant moeten de weinig protocollaire modemisser verdoezelen.

Alles samen wonen 5 koningen, 38 prinsen en 31 prinsessen het huwelijk bij, net als heel wat oudgedienden. Het ontlokt Albert I na afloop een profetische uitspraak: “Het was een mooie plechtigheid. Ex-koning Manuel van Portugal was er, ex-koning George van Griekenland en zelfs ex-koning Amanoellah van Afghanistan. Er is veel werkloosheid in ons vak.”

Video onder: Italianen juichen hun toekomstige koningin toe in Rome (British Pathé, 7 januari 1930):

Een mislukking met 4 kinderen

Na de wittebroodsweken verhuizen Marie José en Umberto naar Turijn. Al snel begint het haar te dagen dat haar man louter om rationele redenen met haar is getrouwd. Echtelijke trouw staat niet in zijn woordenboek en als vanouds rijgt hij de avontuurtjes aaneen. Marie José laat zich niet kennen en gaat haar eigen gang. Hun huwelijk is een mislukking nog voor het goed en wel is begonnen.

Toch krijgen Marie José en Umberto liefst 4 kinderen: Maria Pia (1934), Victor-Emmanuel (1937), Maria Gabriele (1940) en Maria Beatrix (1943). Over de herkomst van de kinderen doen de wildste verhalen de ronde. Zo zouden de oudste 2 kunstmatig met een spuit zijn verwekt. Volgens een andere roddel is Amedeo van Aosta hun vader. Hij is de zoon van Emmanuel Filibert van Aosta en een rivaal voor de troon. Bewijs ontbreekt, maar Marie José ontwikkelt wel een innige band met Amedeo, net als met zijn broer Aymone.

Marie José samen met haar 4 kinderen (1943).
Fototeca Gilardi - Italy

Met haar schoonvader Victor-Emmanuel III botert het voor geen meter. Hij vindt dat vrouwen enkel geschikt zijn om te breien en kinderen te baren. Als moderne en ambitieuze jonge vrouw, verlangt Marie José wel wat meer van het leven. Zo begint ze zich al snel met de politiek te moeien, tot grote ergernis van de koning. Uit België krijgt ze intussen tot 2 keer toe dramatisch nieuws: op 17 februari 1934 verongelukt haar vader koning Albert I, op 29 augustus 1935 verliest haar schoonzus koningin Astrid het leven bij een ongeluk in Küssnacht in Zwitserland.

Rode Kruis

Marie José betuigt nooit publiek sympathie voor het fascisme en volgens verschillende jeugdvriendinnen is ze stellig tegen het regime gekant. Ze onderhoudt contacten met critici en antifascisten, maar door haar positie en de familie waarin ze terechtkomt, associeert ze zich onvermijdelijk met Mussolini. Bovendien kan ze het persoonlijk goed vinden met verschillende topfiguren uit de regering, zoals Italo Balbo en Galeazzo Ciano, de schoonzoon van de dictator.

Wanneer Italië Ethiopië in 1935 binnenvalt en het land als kolonie annexeert, reist Marie José in de hoedanigheid van verpleegster van het Rode Kruis naar het front in Afrika. Daarmee schrijft ze zich in eerste instantie in de traditie van vele koninklijke vrouwen in die gelijkaardig liefdadigheidswerk verrichten, maar voor de buitenwereld lijkt ze de veroveringsdrang en het beleid van Mussolini op die manier goed te keuren.

Video onder: Marie José vertrekt als verpleegster van het Rode Kruis naar Ethiopië (British Movietone, 1936)

Over haar relatie met Mussolini zelf heerst enige onduidelijkheid. Wanneer ze hem voor het eerst ontmoet, vindt ze hem dik, maar ze is meteen in de ban van zijn “magnetische ogen”. Zijn zoon Romano beweert later dat Marie José en zijn vader in de jaren 30 een affaire hebben, maar opnieuw gaat het om een gerucht dat nooit bevestiging krijgt. Na WO II steekt Marie José haar afkeer voor de dictator in elk geval niet onder stoelen of banken.

Audio onder: auteur Frans Denissen die het boek "De vrouwen van Mussolini" schreef, vertelt over de mogelijke affaire tussen Marie José en Mussolini ("Nieuwe feiten", 12 september 2011)

Adolf Hitler

Ook aan Adolf Hitler heeft Marie José een hekel, ook al omdat ze weinig heil ziet in de toenadering tussen nazi-Duitsland en Italië in de loop van de jaren 30. Ze vreest dat Duitsland haar nieuwe vaderland in een oorlog zal meesleuren.

In mei 1938 krijgt ze Hitler voor het eerst te zien wanneer hij een officieel bezoek aan Rome brengt. Ze valt bij hem in de smaak. Hij noemt haar “een natuurlijke vrouw” en de enige sympathieke vrouw aan het Italiaanse hof.

Hitler ontmoet Mussolini (1934).
AP1934

De unieke positie van Marie José dicht bij de hoogste cenakels van de macht ontgaat haar broer Leopold III niet. Hij is intussen koning der Belgen en vraagt haar geregeld voor hem te lobbyen bij de gezaghebbers in Italië en Duitsland. Door haar nauwe contacten met onder anderen Ciano kan ze hem gevoelige informatie doorspelen. Zo verwittigt ze hem begin 1940 dat de Duitse inval in België nakend is.

Die inval vindt uiteindelijk in mei 1940 plaats en Leopold III geeft zich als krijgsgevangene aan nazi-Duitsland over. Tegelijk stelt hij alles in het werk om Hitler persoonlijk te ontmoeten. Opnieuw doet hij een beroep op Marie José. Zij moet voor hem een rendez-vous met de Führer regelen.

Video onder: historicus Albert De Jonghe geeft tekst en uitleg bij het bezoek van Marie José aan Hitler ("De nieuwe orde", 9 april 1982)

Videospeler inladen...

Op 17 oktober 1940 reist ze in het grootste geheim naar Berchtesgaden in Duitsland waar ze Hitler in zijn beroemde Adelaarsnest bezoekt. Ze legt hem een vragenlijst voor die Leopold III voor haar heeft opgesteld. Zo verzoekt ze Hitler de Belgische krijgsgevangenen beter te behandelen en ook voedselvoorziening van overzee toe te laten.

Op bijna elke vraag klinkt het antwoord “nein”. “Hij weigerde alles wat je hem vroeg”, zegt ze over het gesprek. “Hij had geen enkele charme. Niks.” In het belangrijkste deel van haar opzet slaagt Marie José wél: Hitler toont zich bereid Leopold III te ontmoeten. Dat controversiële onderhoud vindt plaats op 19 november 1940.

Putsch

Intussen heeft Mussolini Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk de oorlog verklaard. Hij plaatst Umberto als opperbevelhebber aan het hoofd van de Italiaanse strijdkrachten, wat de koninklijke familie in een bijzonder lastig parket brengt. De verkleefdheid tussen de monarchie en het regime is compleet. Victor-Emmanuel III blijft de dictator echter gedwee volgen en Umberto volgt als een mak lam in het spoor van zijn vader.

Met lede ogen ziet Marie José aan hoe niemand in haar schoonfamilie Mussolini tegenspreekt. Wanneer de krijgskansen tegen de zomer van 1943 beginnen te keren in het nadeel van Italië, neemt ze dan maar zelf het initiatief. Ze tast haar netwerk af en ontmoet de populaire maarschalk Pietro Badoglio om een putsch voor te bereiden, maar het blijft bij gesprekken. Volgens sommige bronnen ligt ook even een plan op tafel om Victor-Emmanuel III en Umberto aan de kant te schuiven en Marie José als regent van het koninkrijk aan te stellen, maar ook daarvan komt niks in huis.

"De leiband van zijn vader"

Wanneer het kalf al half is verdronken, ziet ook Victor-Emmanuel III in dat hij zich beter van Mussolini kan ontdoen. Eigenbelang is daarbij niet uit de lucht. In juli 1943 stuurt de koning de man die hij 20 jaar lang niks durfde te weigeren de laan uit. Vervolgens probeert hij zijn toekomst veilig te stellen door de kant van de geallieerden te kiezen. 

Om verdere bemoeienissen van Marie José te vermijden, stuurt Victor-Emmanuel III haar en de kinderen naar Zwitserland. Daar blijft ze bijna 2 jaar, tot het einde van de oorlog. Al die tijd verneemt ze niets van haar echtgenoot Umberto die in Italië blijft. “Hij hangt nog aan de leiband van zijn vader”, jammert ze. 

In april 1945 is voor Marie José de maat vol. Ze laat haar kinderen in Zwitserland achter en trekt te voet de Alpen over naar Italië. Het is een hachelijke onderneming, maar van haar vader heeft ze een goede conditie geërfd. Haar schoonfamilie is op de hoogte, maar negeert haar volkomen. Pas op 1 juni geeft Umberto haar de toestemming om naar Rome te reizen. De kinderen volgen even later.

Italië is een verscheurd land. Grote delen van de bevolking nemen het de koninklijke familie kwalijk dat ze zo lang met Mussolini heeft geheuld. Vooral Victor-Emmanuel III moet het ontgelden. Toch denkt hij niet aan aftreden. Wel heeft hij Umberto intussen onder zware druk als zijn “plaatsvervanger” aangeduid.

Volksraadpleging

Blijft Italië een koninkrijk of vervelt het land tot een republiek? Een volksraadpleging moet die kwestie beslechten. De datum is vastgesteld op 3 juni 1946. Opnieuw is Marie José een sleutelfiguur: zij is geen Savoye van geboorte en geniet meer sympathie bij de bevolking omdat zij zich minder met het fascisme heeft ingelaten. Ze kan de balans in het voordeel van de monarchie helpen overhellen, maar ze weigert campagne te voeren voor Umberto. Hij is het niet waard, vindt ze.

In een poging zijn vel te redden, smeekt Umberto zijn vader om formeel troonsafstand te doen. Op 9 mei 1946 gaat Victor-Emmanuel III na lang aandringen akkoord. Een dag later reizen hij en koningin Helena naar Egypte waar koning Farouk hen asiel aanbiedt. Ze zullen nooit naar Italië terugkeren. Victor-Emmanuel III sterft in 1947.

Video onder: een nieuwsbulletin over de nieuwe koning en koningin van Italië, Umberto en Marie José (British Movietone, 1946)

Umberto en Marie José zijn voortaan koning en koningin van Italië. Eindelijk bereiken ze het doel waarvoor ze allebei in de wieg zijn gelegd, maar hun troon is bijzonder wankel. De volksraadpleging nadert met rasse schreden en veel steun krijgen ze niet. Ook het Vaticaan wendt zich van hen af. 

Op 5 juni 1946 is het resultaat bekend: 10 miljoen Italianen hebben voor de monarchie gekozen, 12 miljoen voor de republiek. De uitslag komt hard aan bij Umberto. Hij meent dat zich verschillende onregelmatigheden hebben voorgedaan, maar omdat hij een burgeroorlog wil vermijden legt hij zich bij de feiten neer.

Marie José is in eerste instantie blij dat de beproeving voorbij is, tot ze hoort dat de volledige koninklijke familie Italië moet verlaten. Op 12 juni roept de ministerraad de republiek uit. Umberto en Marie José zijn 33 dagen koning en koningin geweest, de “re e regina di maggio” of "de meikoning en de meikoningin".

Krantenkoppen in juni 1946 met de uitslag van de volksraadpleging: Italië is voortaan een republiek.
1946 Keystone-France

Ballingschap

Marie José en Umberto gaan samen met de kinderen in ballingschap in Cascais in Portugal. Het is pijnlijk duidelijk dat de echtgenoten elkaar niks meer te zeggen hebben nu hun ene gezamenlijke droom in duigen ligt. Op 4 augustus 1946 viert de ex-koningin haar veertigste verjaardag. “Op mijn veertigste ben ik uit de geschiedenis gestapt”, zegt ze.

In 1947 krijgt Marie José een blindedarmontsteking. Bij de operatie loopt het fout: ze krijgt een bloedtransfusie met bloed van een verkeerde groep en ze belandt in een coma. Ze ontwaakt, maar ze is bijna blind. Daarom zoekt ze hulp bij een specialist in Genève in Zwitserland die haar er weer bovenop helpt.

Onder het voorwendsel dat de Alpenlucht veel gezonder is, vestigt ze zich permanent in Zwitserland. Samen met haar kinderen neemt ze haar intrek in een grote villa in Merlinge, terwijl Umberto in Portugal blijft wonen. Voortaan leven ze gescheiden van tafel en bed, een modus vivendi die nooit meer zal veranderen. 

Marie José en Umberto, samen in Merlinge (1949).

"Rode tripjes"

In Zwitserland is de historica in Marie José ontketend. Ze schrijft verschillende geschiedkundige werken over illustere figuren uit het huis van Savoye. In 1954 krijgt ze in Parijs het Légion d’Honneur opgespeld en in 1963 ontvangt ze de gouden medaille van de Franse taal bij de Académie française. Haar bekendste werk verschijnt in 1971 onder de noemer “Albert et Elisabeth, mes parents” (“Albert en Elisabeth, mijn ouders”), een biografie over haar moeder en vader.

Marie José maakt in de jaren 50 verre reizen naar onder meer India en Egypte. In 1961 brengt ze samen met haar hoogbejaarde moeder een bezoek aan China waar ze Mao Zedong ontmoeten. Een jaar later reizen ze naar Moskou in de Sovjet-Unie waar ze bij Nikita Chroesjtsjov op de koffie gaan. In België reageren de pers, de regering én koning Boudewijn not amused op deze “rode tripjes”, maar daarvan trekt de ex-koningin noch de oud-koningin zich iets aan. 

Marie José samen met koning Boudewijn (1984).

Marina Ricolfi Doria

Umberto ziet Marie José slechts sporadisch, al blijven ze wel contact houden. Hun dochters trouwen (en scheiden) en ook Victor-Emmanuel vindt na een turbulente jeugd een partner in Marina Ricolfi Doria. Zij is een waterskikampioen, maar ook een gewoon burgermeisje. Umberto verzet zich jarenlang tegen een huwelijk omdat hij vindt dat zijn zoon als virtuele kroonprins een bruid van stand moet kiezen. 

Victor-Emmanuel en Marina (1969).

Toch zetten Victor-Emmanuel en Marina door. In 1970 trouwen ze uiteindelijk stiekem in Las Vegas in de VS. Terug in Europa nodigt het kersverse bruidspaar Marie José en de moeder van Marina uit voor een feest in Sankt-Moritz. De twee vrouwen nemen een vliegtuig in Zürich, maar onderweg belandt het toestel in een sneeuwstorm en het stort neer.

Als bij wonder overleven ze de crash allebei, maar Marie José moet voortaan een korset dragen en wandelen lukt haar niet meer al te best. In 1980 ontsnapt Marie José een tweede keer aan de dood wanneer ze tijdens een autorit frontaal tegen een tegenligger botst. Ze wordt uit de wagen geslingerd, maar ook nu overleeft ze.

Dood(slag)

In 1978 haalt Victor-Emmanuel de pers wanneer hij op het eiland Cavallo bij Corsica op een Duitse student schiet. De omstandigheden waarin dat gebeurt, zijn niet duidelijk. Het slachtoffer is een jongen van 19. Zijn been moet worden geamputeerd, maar dan nog overlijdt hij 4 maanden later aan de gevolgen van zijn verwondingen.

Victor-Emmanuel wordt beschuldigd van doodslag en moet voor de rechter verschijnen. Het proces sleept jarenlang aan en uiteindelijk betaalt hij de nabestaanden van de student een schadevergoeding van 35 miljoen Belgische frank. Na 10 jaar wordt hij vrijgesproken. Officieel is het sindsdien een ongeval.

Video onder: Victor-Emmanuel op zijn proces op beschuldiging van doodslag ("Het Journaal", 13 november 1991)

Videospeler inladen...

1983 is voor Marie José een jaar van afscheid nemen. Op 18 maart overlijdt Umberto aan de gevolgen van kanker. Nooit heeft hij Italië nog weergezien. Zijn lichaam wordt bijgezet in de abdij van Hautecombe in de Savoye in Frankrijk. Op 1 juni sterft haar broer prins Karel en op 25 september ook haar andere broer Leopold III. Op haar 77e blijft ze verweesd achter, als enige van haar generatie. 

Ook nadien blijft de dood onverwacht aankloppen. Op 31 juli 1993 sterft haar neef koning Boudewijn, maar veel erger voor haar is de dood van haar favoriete kleinzoon Raffaello op 24 april 1994. Hij springt (of valt) in Boston in de VS uit een raam. “Ik heb mijn allerliefste kleinkind verloren”, fluistert ze.

Video onder: Marie José op de begrafenis van koning Boudewijn, met zwarte hoed en donkere bril achter koningin Fabiola (7 augustus 1993)

Videospeler inladen...

“Est-ce qu'on est jamais heureux?”

De laatste jaren van het leven van Marie José woedt in Italië het debat volop over de vraag of het huis van Savoye voorgoed verbannen blijft, dan wel mag terugkeren. Door een versoepeling van de wet mag Marie José als koningin-weduwe het land sinds 1988 opnieuw in, maar als troonpretendent blijft dat voor Victor-Emmanuel uitgesloten. Officieel tenminste, want een keer reist hij illegaal naar het land.

Marie José op hoge leeftijd.
vide

Uiteindelijk past het parlement van Italië de grondwet eind jaren 90 aan zodat ook Victor-Emmanuel mag terugkeren. Toch duurt het tot 2002 vooraleer alles in kannen en kruiken is en hij het land voor het eerst in zijn leven ongestoord mag betreden.

Marie José maakt het niet meer mee want zij sterft op 27 januari 2001 in Thônex in Zwitserland. Ze wordt 94. Haar laatste rustplaats krijgt ze in Hautecombe aan de zijde van Umberto.

Video onder: de uitvaartplechtigheid van Marie José in "Het Journaal" (2 februari 2001)

Videospeler inladen...

Van alles wat haar als klein meisje is voorgespiegeld, loopt uiteindelijk weinig goed af. Is ze dan ooit echt gelukkig geweest? In een van haar laatste interviews op hoogbejaarde leeftijd geeft ze zelf een retorisch antwoord: “Mais heureux? Est-ce qu'on est jamais heureux?” (“Gelukkig? Is een mens ooit echt gelukkig?”).

Video onder: Marie José beantwoordt de vraag of ze ooit echt gelukkig is geweest ("Histories", 9 december 1997)

Videospeler inladen...

Meer weten?

  • VAN BELGIË, Marie José. "Albert en Elisabeth. Mijn ouders". Uitgeverij Lannoo, 2016.
  • ADRIAENSSENS, Agnes. "Marie José. Laatste koningin van Italië". Uitgeverij Van Halewyck, 1999.
  • COPPENS, Marguerite. "Prinses Marie José tussen België en Italië. Een koninklijke garderobe". Uitgeverij Lannoo, 2012.

Meest gelezen