Dreigt er werkelijk een gerechtelijk infarct? - Philip Heymans

Op zich is de berekening simpel. Voor elke rechtbank van eerste aanleg, en voor elk hof van beroep is er een aantal personeelsleden voorzien. Dat aantal is gebaseerd op een schatting van de werklast, van al enige jaren geleden. Je kunt dus perfect weten hoeveel mensen er voor elk instituut voorzien zijn, en dan nagaan hoeveel er daarvan effectief aan de slag zijn. Maak het verschil en je kent het tekort.
analyse
Analyse

Alleen is dat laatste iets moeilijker. Want er zijn zieken, die morgen misschien niet meer ziek zijn. Je hebt griffiers die er in theorie wel zijn, maar die in de praktijk een heel jaar naar het assisenhof worden gestuurd, en dus niets kunnen betekenen voor de rechtbank van eerste aanleg. Je hebt mensen die al met pensioen zijn, en mensen van wie al geweten is dat ze benoemd zullen worden, maar die het nog niet zijn.

Griffiers, kamers en procedurefouten

Vandaar dus dat er “ongeveer” 180 mensen te kort zijn. Vooral griffiers, een 130-tal. Dat is uiteraard geen goed nieuws. Griffiers zijn niet zomaar de administratie van de rechtbank, ze hebben ook een aantal wettelijk omschreven taken. Zonder griffier kan een rechter of een onderzoeksrechter niets rechtsgeldig doen. En van die mensen zijn er dus bijna overal te weinig, soms zelfs tot een kwart.

Bij de magistraten zijn de tekorten kleiner: een vijftigtal rechters en raadsheren zijn er minder dan wettelijk voorzien. Maar regionaal zijn de verschillen groot. Zo kan de toestand in Oost-Vlaanderen, met 16 rechters te kort stilaan schrijnend worden genoemd. De voorzitter van de provinciale rechtbank besliste dan ook om al 12 kamers volledig of gedeeltelijk te sluiten.

Zulke kamers zijn de onderdelen van de rechtbank. Er zijn burgerlijke kamers, echtscheidingskamers, kamers gespecialiseerd in fiscale zaken, correctionele kamers … En ze worden voorgezeten door 1 of 3 rechters, al naargelang. Als een rechtbank een of meer van die kamers sluit, wil dat dus zeggen dat hetzelfde aantal zaken door minder rechters behandeld moet worden. Wat er dus toe zal leiden dat de achterstand nog groeit. In andere provincies probeert men andere methodes: zaken centraliseren, of rechters dwingen om sneller te werken. Maar dat laatste heeft ook zijn grenzen. Zeker in Antwerpen staat de boog al een tijd gespannen, klinkt het daar, en veel verder kan die niet meer gaan. Of mensen zullen uitvallen met een burn-out, of er zullen meer procedurefouten gemaakt worden, omdat er nu eenmaal te snel gewerkt moet worden.
 

Het kan wat doelmatiger

En ja, hier en daar kan het vast wel wat efficiënter. Door het assisenhof in te perken, of door in een aantal procedures te snoeien, zoals minister Geens voorstelt. Dat zal iets opleveren. Maar volgens de meeste mensen die ik sprak, is er gewoon meer volk nodig. Dat blijkt ook uit de werklastmeting die een paar jaar geleden werd afgenomen en waarvan de cijfers nooit werden vrijgegeven. Omdat eruit zou volgen dat er tientallen magistraten en griffiers extra nodig zijn om het werk de baas te kunnen.

Eén magistraat deed ook de suggestie om de gerechtelijke hervorming, die vorig jaar is ingegaan, nog verder door te voeren. “Voeg de rechtbanken van eerste aanleg samen met de arbeidsrechtbanken en de rechtbanken van koophandel tot een eenheidsrechtbank, dat zal pas efficiëntiewinst opleveren.” Het idee leefde al even in de aanloop naar de gerechtelijke hervorming, maar werd nooit uitgevoerd. En uiteraard wordt er ook om betere informatica gevraagd, om sneller te kunnen werken.

Gerechtelijk infarct

Maar ook als op die terreinen vooruitgang wordt geboekt, zal er nog altijd meer volk nodig zijn, denken de korpschefs van de magistraten. En tegelijk weten ze dat ze de komende jaren 10 procent zullen moeten besparen op hun budgetten. Ze zien de toekomst dus bang tegemoet. En waarschuwen voor een “gerechtelijk infarct” als er niets verandert.

Opvallend is wel dat veel magistraten zeggen dat ze geloven in de goede bedoelingen van minister Geens. Ze onderhandelen ook volop met hem over hun budgetten – uiteraard. Maar ze weten ook dat de minister niet in z’n eentje over die budgetten beslist. Die hangen af van de minister van Begroting en van het regeerakkoord. De volgende begrotingscontrole zal dus goed gevolgd worden in gerechtelijke kringen.


(Philip Heymans is gerechtelijk verslaggever bij VRT Nieuws.)

Meest gelezen