Wat krijgt u voor stroom die u op het net zet? En het klimaat dan? Uw vragen over de terugdraaiende teller beantwoord

Vorige week trok het Grondwettelijk Hof een streep door de regeling waarbij Vlamingen met zonnepanelen minstens 15 jaar kunnen genieten van het systeem van de zogenaamde terugdraaiende teller. Die uitspraak bracht heel wat commotie teweeg bij mensen met zonnepanelen. Onze redactie ontving honderden vragen over het dossier. We gaven het afgelopen weekend al een aantal antwoorden mee, maar gaan hieronder nog eens extra in op nieuwe bezorgdheden.

Vanaf wanneer verdwijnt de terugdraaiende teller?

Voor mensen met zonnepanelen die nu nog een analoge teller hebben, die letterlijk terugdraait, verandert er voorlopig niets. Voor hen zal er alleen iets veranderen op het moment dat hun oude meter vervangen wordt door een digitale meter. Dat zal in de komende jaren gebeuren: de planning is dat 80 procent van alle Vlamingen tegen eind 2024 een digitale meter heeft. Tegen midden 2029 zou iedereen er een moeten hebben.   

De installatie van de digitale meter gebeurt niet meer prioritair bij mensen met zonnepanelen zoals eerst was gepland. Zij komen nu gewoon aan de beurt als hun wijk aan de beurt is.  Vandaag maakte Vlaams minister van Energie Zuhal Demir (N-VA) trouwens bekend dat de plaatsing van de digitale meter bij die groep wordt opgeschort tot in april van dit jaar.  

Voor de ruim 100.000 eigenaars van zonnepanelen met een digitale meter vervalt het systeem van de terugdraaiende teller op het moment dat het arrest van het Grondwettelijk Hof gepubliceerd wordt in het Staatsblad. Dat zal over enkele weken zijn, rond midden februari.

Kan u de installatie van een digitale meter nu echt niet meer weigeren?

In principe niet. Maar er is één uitzondering die tot eind 2022 de uitrol van digitale meters kan hinderen. De reden: uw gezondheid. Mensen die gevoelig zijn aan de elektromagnetische straling (de zogenaamde "elektrosensitiviteit") kunnen een draadloze digitale meter weigeren, zolang er geen alternatief is. 

Het Grondwettelijk Hof heeft al arresten in die zin geveld voor het Brusselse  en Waalse gewest. Brusselaars en Walen kunnen een draadloze digitale meter weigeren zolang er geen digitale meter met een draad is (die geen straling uitstoot). In Brussel en Wallonië bestaan er nog geen digitale meters met een draad. 

U kan een draadloze digitale meter mogelijk nog tot eind 2022 weigeren om gezondheidsredenen

Ook in Vlaanderen zijn die er nog niet. Maar het Grondwettelijk Hof heeft evenwel nog geen arrest over de situatie in Vlaanderen geveld, omdat nog niemand klacht tegen de Vlaamse overheid  heeft ingediend over elektrosensitiviteit bij draadloze digitale meters. Daarover zal in eerste instantie de Raad van State zich moeten uitspreken. 

Maar het Grondwettelijk Hof gaf vorige week in zijn toelichting bij het arrest over de vernietiging van het systeem van de terugdraaiende teller al mee dat de regeling grondwetsconform moet worden ingevuld. De gebruiker moet kunnen kiezen voor een communicatie via bekabeling in plaats van een draadloze communicatie. De Vlaamse regering heeft de komst van de digitale meter met een draad aangekondigd vanaf 1 januari 2023. De meter is er nu dus nog niet. Als de Vlaamse regering zich conform de uitspraken van het Grondwettelijk Hof zou gedragen (wat ze in principe moet doen), mag elke Vlaming, mét of zonder zonnepanelen de plaatsing van een digitale meter weigeren tot 31 december 2022.

Bekijk hier ook onze video van vorig weekend, met meer toelichting:

Videospeler inladen...

Wat krijgt u voor de stroom die u op het net zet?

Het klopt niet dat u “niets krijgt” voor de overtollige stroom die u op het net zet. Maar u moet wel een nieuw contract afsluiten met uw stroomleverancier, zoniet dreigt uw stroomoverschot toch gratis het net op te gaan. Dat nieuwe zogenaamde "terugleveringscontract" komt dus naast het contract voor de stroom die u afneemt van het net. U wordt dan vergoed voor de stroom die u op het net zet, maar wel aan een veel lager tarief dan de stroom die u afneemt.  

Voor de stroomoverschotten die u op net zet, krijgt u 2 tot 4 cent. Voor de stroom die u eraf haalt betaalt u 25 tot 30 cent

Gemiddeld krijgt u voor uw stroom tussen 2 en 4 cent per kilowattuur. Terwijl u voor de afname 25 tot 30 cent per kilowattuur betaalt. Het afnametarief ligt dus veel hoger omdat er, bovenop de eigenlijke prijs van de elektriciteit (tussen 7 à 10 cent), allerlei taksen en heffingen komen. In Vlaanderen zijn er op dit moment nog maar een vijftal leveranciers die terugleveringscontracten aanbieden maar de verwachting is dat de meesten in de loop van de komende maanden zullen volgen.

Wat betekent een rendement van 5 procent op uw zonnepanelen eigenlijk?

We weten het nog niet zeker. Maar het zou lijken op de afbetaling van een hypothecaire lening: uw zonnepanelen worden afgeschreven over 15 jaar, op het niet-afgeschreven bedrag krijgt u 5 procent rendement, jaar na jaar, op een steeds kleiner bedrag dus.  

Maar ook factoren als vroegere rendementen, winsten door groenestroomcertificaten en de terugdraaiende teller zullen worden verrekend en in mindering worden gebracht van de tegemoetkoming die de Vlaamse regering aan het uitwerken is. De exacte berekeningen zouden eind deze week nog worden gepubliceerd op een aparte website die het kabinet van de Vlaamse minister van Energie Zuhal Demir aan het voorbereiden is.

Valt het prosumententarief weg met de nieuwe digitale teller? Dat was ook plots een extra factuur erbij die we elk jaar moesten ophoesten?

Ja, het prosumententarief valt weg zodra de nieuwe digitale meter geïnstalleerd is. Het prosumententarief werd in 2015 ingevoerd voor eigenaars van zonnepanelen, als een vergoeding voor het gebruik van het net, waar ze voortdurend stroom op injecteren en afnemen. Het tarief is gebaseerd op de capaciteit van de geïnstalleerde omvormers. Het gaat dus om een forfaitair bedrag.

Het prosumententarief verdwijnt

Wie tot eind 2020 zonnepanelen installeerde, belandde automatisch in het systeem van terugdraaiende teller en prosumententarief. Door een digitale meter aan te vragen, konden ze wel overstappen naar het nieuwe systeem: zonder terugdraaiende teller, zonder prosumententarief en met reële netvergoeding, een tarief op basis van het reële gebruik.

Wie vanaf 1 januari 2021 zonnepanelen legt, heeft die keuze niet meer. Iedereen valt automatisch in het systeem van een digitale meter, zonder prosumententarief en met reële netvergoeding. 

Bekijk hier ook het antwoord op deze vraag van vorig weekend:

Videospeler inladen...

Kunnen we ons volledig loskoppelen van het distributienet en gewoon zelf onze energie opwekken, stockeren en gebruiken?

Er is geen wettelijke verplichting voor burgers om zich aan te sluiten op het distributienetwerk en een contract aan te gaan met een energieleverancier. Mensen kunnen dus in principe “off grid” gaan: ze kunnen zich volledig loskoppelen van het net. Maar uiteraard moeten ze dan wel 365 dagen op 365 en dag en nacht kunnen voorzien in hun energiebehoeften. U kunt dus niet off grid gaan in de zomer, wanneer uw zonnepanelen veel stroom opwekken, en enkel in de winter een aansluiting op het net vragen. 

Loskoppelen kan, maar het is duur, u heeft batterijen nodig en de vraag is of het nu al technisch haalbaar is om een winter te overbruggen

Wie off grid wil gaan, moet daar bovendien heel wat geld voor opzij zetten. Want u zult veel zonnepanelen nodig hebben om toch nog iets van stroom te hebben op sombere dagen en u zult ook veel batterijopslag nodig hebben om de nachten te kunnen overbruggen. In de praktijk is dit momenteel amper haalbaar.

Onze geplande elektrische wagen komt on hold te staan, en de huidige hybride zal niet meer elektrisch rijden vanaf het moment dat hier de teller wordt veranderd. Was dit de verhoopte gedragswijziging waar ik over lees en hoor in de berichtgeving van de VRT?

Wie een elektrische auto of een plug-in hybride heeft en die alleen maar ‘s avonds of ‘s nachts kan opladen, zal de terugdraaiende teller inderdaad missen. Maar toch hoeft het systeem van de digitale meter, zonder terugdraaiende teller, niet voor iedereen slecht uit te draaien. Zonder terugdraaiende teller komt het erop aan om zoveel mogelijk aan zelfconsumptie te doen, lees: stroom verbruiken op het moment dat de zonnepanelen stroom produceren. Wie zijn auto tijdens het weekend en tijdens een weekdag overdag kan opladen, kan die zelfconsumptie (tijdens de lente en de zomer) goed in de hand werken.

Waarom heeft het Grondwettelijk Hof de terugdraaiende teller afgeschoten?

Het Hof vindt in de eerste plaats dat de Vlaamse regering haar bevoegdheden te buiten ging door op het terrein van de federale regering te komen. Want door nog 15 jaar lang de terugdraaiende teller te handhaven, zouden ook de federale taksen op elektriciteit 15 jaar lang moeten terugdraaien. En over die zogeheten transmissietarieven kan alleen de federale overheid beslissen, zegt het Hof.

Bovendien kwam de Vlaamse regering op het terrein van de VREG, de Vlaamse energieregulator. De Vlaamse regering had beslist dat de gebruiker zou opdraaien voor de kosten van het plaatsen van de digitale meter. En dat is een bevoegdheid van de VREG, zegt het Hof.

(Lees verder onder de foto)

Zijn de stroomleveranciers nu de grote winnaars? Verdienen ze meer geld door het nieuwe systeem?

Dat is niet duidelijk. Uw leverancier zal alleszins tekorten op uw maandelijkse afrekening niet meer moeten prefinancieren, wanneer u meer verbruikt dan hij had voorzien. Die tekorten worden nu bij de jaarlijkse eindafrekening bijgepast. Met de digitale meter kunnen leveranciers het stroomverbruik direct aflezen en u elke maand een factuur sturen van uw echte verbruik. Feit is: met de terugdraaiende teller ontvangen stroomleveranciers niets als op het einde van het jaar de teller op nul staat. Met de digitale meter is dat wél het geval.

Concreet en kort door de bocht: als u nu 3500 kWh verbruikt per jaar én uw zonnepanelen jaarlijks ook 3500 kWh produceren, dan is eindafrekening met een terugdraaiende teller 0. Maar met de digitale meter zet u uw stroomoverschotten nu aan 4 cent op het net (voor de eenvoud gaan we ervan uit dat u al die stroom op het net zet). Maar u betaalt aan uw energieleverancier 8 cent voor de stroom die u afneemt. Dus krijgt uw stroomleverenacier toch nog 140 euro:  (3.500 kWh x 0,08 euro)-(3.500 kWh x 0,04 euro).

Op het eerst gezicht zijn de leveranciers dus de winnaars. Maar er spelen nog andere effecten. Goedgeplaatste bronnen schatten in dat de leveranciers grosso modo dezelfde marges zullen maken. Want heel veel hangt natuurlijk af van hoe slim mensen hun stroomverbruik nu gaan sturen.

Worden bedrijven met grote zonne-installaties gespaard?

Voor alle duidelijkheid: de grote installaties zijn niet betrokken in deze hervorming. Grote zonne-installaties hebben trouwens nooit met een terugdraaiende teller gewerkt. Bedrijven die grote zonneparken wilden aanleggen moeten meteen met twee stroommeters werken: ééntje die registreert hoeveel stroom de bedrijven op het net zetten, een eentje die bijhoudt hoeveel ze er afhalen. Voor de geleverde stroom moeten ze ook onmiddellijk een contract met een stroomleverancier afsluiten. Een beetje vergelijkbaar met de nieuwe regeling met de digitale meter waarop gezinnen met zonnepanelen nu moeten overstappen. 

Maar bedrijven die grote zonne-installaties bouwen, krijgen daarvoor nog altijd subsidies. Tot eind vorig jaar waren dat voor installaties beneden de 2 MW nog groenestroomcertificaten. Voor heel grote zonneparken werden specifieke projectsubsidies afgesproken. Bedrijven willen immers een behoorlijk rendement op hun investering. Vandaar dat grote industriële zonneparken altijd al zijn gesubsidieerd.

Grote zonneparken zijn niet betrokken in deze nieuwe regeling

De eerste subsidies waren heel royaal. De miljoenen die industrieel Fernand Huts jaarlijks binnenhaalt door de daken van zijn grote opslaghallen van zijn KatoenNatie  in de Antwerpse haven vol te leggen met zonnepanelen, zorgen ook nu nog geregeld voor zure oprispingen.

De subsidies zijn in de voorbije jaren dan ook drastisch afgebouwd. Ook nu komt er weer een verandering. Vanaf dit jaar moeten middelgrote installaties onder de 2 MW offertes indienen: degene die de minste steun vraagt zal zijn installatie mogen plaatsen. De eerste call is voorzien voor april. Er ligt een bedrag van 5 miljoen euro klaar. De maximale ondersteuning varieert van maximaal ca. 700 euro voor grotere installaties tot maximaal ca. 1.000 voor de kleinere. Maar dat zijn maxima: projectontwikkelaars die eronder willen gaan, verhogen hun kans om de subsidies binnen te halen. Per jaar zouden er een vijftal veilingen komen.

Voor de grotere projecten worden er aparte subsidieafspraken gemaakt. En dat gaat om nog behoorlijk wat geld. Het grootste zonnepark in ons land, het Kristal Solar Park in Lommel, vangt jaarlijks 6 miljoen euro subsidies en dat 15 jaar lang. 90 miljoen in totaal, dus. Het park - goed voor ruim 300.000 panelen met een totaal potentieel vermogen van 99,5 MW - levert al zijn stroom aan het zinksmeltersbedrijf Nyrstar.  Grote projecten zoals Kristal Solar zullen ook in de toekomst nog subsidies krijgen. Die subsidies worden uiteindelijk ook betaald door alle Vlamingen, met of zonder zonnepanelen.

Wat zal de impact zijn van deze beslissing op het klimaat?

Dat zal natuurlijk afhangen van de reactie van de burgers. Bij een vorige, verregaande wijziging van het beleid, namelijk de afschaffing van de groenestroomcertificaten, hebben we gezien dat de burger in een eerste reactie heeft afgehaakt en dat daardoor de markt van de zonnepanelen tijdelijk is ingestort. Dat had dus een gevolg voor het klimaat, in die zin dat een bepaalde hoeveelheid hernieuwbare energie niet werd gerealiseerd.  

Het is nog afwachten hoe mensen met zonnepanelen, of met de intentie zonnepanelen te installeren, nu zullen reageren. Er zijn mensen die ons melden dat ze hun warmtepomp(en) nu zullen loskoppelen omdat ze daarmee een veel te hoge stroomfactuur krijgen. Sommigen willen zelfs terugkeren naar verwarming op stookolie. Het spreekt vanzelf dat een terugkeer naar fossiele brandstoffen een nadelige impact heeft op het klimaat. Maar het blijft afwachten hoe groot de groep is die dat zal doen.

(Lees verder onder de foto)

Copyright © 2019, Sebastian Rothe, licensed via EyeEm Mobile GmbH

Hoe zit het met de terugdraaiende teller in Wallonië? Blijft die daar wel bestaan?

Elk gewest bepaalt zijn eigen tarieven, bijvoorbeeld voor het gebruik van het distributienet, dat is nu eenmaal het gevolg van de (gedeeltelijke) regionalisering van het energiebeleid. Het is wel correct dat Wallonië ook het systeem kent van de terugdraaiende teller. En trouwens ook vooral tellers die “echt terugdraaien”: de uitrol van de digitale meter moet er eigenlijk nog beginnen. Het systeem zelf van de (virtueel) terugdraaiende teller blijft van kracht tot 2030 voor iedereen die zonnepanelen heeft geïnstalleerd voor eind 2023.   

De terugdraaiende teller wordt in Wallonië ook afgebouwd, alleen trager dan nu in Vlaanderen zal gebeuren

De terugdraaiende teller wordt in Wallonië dus ook afgebouwd, alleen trager dan nu in Vlaanderen zal gebeuren. (Maar sneller dan in Vlaanderen oorspronkelijk gepland:  bij ons zou het systeem aanvankelijk blijven bestaan tot in 2034.) 

Ook de Waalse regulator, de Cwape, is een koele minnaar van de terugdraaiende teller maar plant (voorlopig) geen juridische acties ertegen. En nee, een Vlaamse burger kan het Waalse systeem niet aanvallen wegens ongelijke behandeling. Want die ongelijke behandeling is hier het gevolg van regionale regelgeving en waar iets regionaal is geregeld, geldt de gelijke behandeling alleen binnen die regio. 

En in Brussel?

In Brussel hebben alle eigenaars van zonnepanelen sowieso een digitale meter. Op dit moment is er een systeem van kracht dat er eigenlijk op neerkomt dat de teller virtueel terugdraait voor het energie-gedeelte van de factuur. De nettarieven worden berekend op de volledige afname. Dit systeem zal in de toekomst verdwijnen om plaats te maken voor het systeem dat nu ook in Vlaanderen zal gelden, namelijk dat je voor de stroom die je op het net zet gewoon de marktprijs krijgt. Alleen is de datum voor de overstap naar dit nieuwe systeem nog niet duidelijk, voorlopig wordt er gesproken van de tweede helft van dit jaar. In Brussel worden overigens nog altijd groenestroomcertificaten uitbetaald aan eigenaars van zonnepanelen. 

Bekijk hier ook onze video met meer uitleg, die we vorig weekend publiceerden:

Videospeler inladen...

Ronnie Belmans, voorzitter van de VREG (de Vlaamse energiewaakhond) zou de nieuwe regeling hebben doorgedrukt. Die zou namelijk een boost kunnen geven aan batterijen en Ronnie Belmans zit met zijn bedrijf (sic) zelf in batterijtechnologie. Is dat geen belangenvermenging?

Ronnie Belmans is inderdaad voorzitter van de VREG én hij leidt een onderzoekscentrum EnergyVille. EnergyVille is dus geen bedrijf: het is een samenwerking tussen meerdere wetenschappelijke instellingen en universiteiten. Belmans is hoogleraar Elektrotechniek aan de KU Leuven. Een ingenieur en onderzoeker dus, die ook aan het hoofd staat van het grootste expertisecentrum inzake hernieuwbare energie in Vlaanderen. EnergyVille doet onder meer onderzoek naar energie-efficiëntie in woningen, naar zonnepanelen, naar slimme netten, naar warmtepompen en inderdaad ook naar batterijen. Maar ze verkopen geen enkele van die technologieën, ze verkopen hoogstens hun kennis.

Belmans is ook voorzitter van de VREG. Voorzitter van de raad van bestuur. Geen CEO dus. De raad van bestuur is een politiek samengesteld orgaan, bestaande uit vertegenwoordigers van de verschillende politieke partijen, te vergelijken met de raad van bestuur bij de VRT. Momenteel bestaat de raad uit zes personen: 2 van CD&V-strekking, 2 N-VA-‘ers, 1 vertegenwoordiger van Vlaams Belang, en eentje van Open VLD. Er is momenteel één zitje vrij, dat vermoedelijk naar Groen zal gaan. De stoel van Belmans heeft een Open VLD-label. Hij is voorzitter geworden op vraag van de voormalige liberale energieminister Bart Tommelein. Dat was de minister die de oproep lanceerde om een overgangsregeling met de terugdraaiende teller uit te werken voor eigenaars van zonnepanelen.

(Lees verder onder de foto)

Ronnie Belmans.

De raad van bestuur is niet het operationele orgaan van de VREG. Er is een dagelijkse leiding, met een CEO.  De raad van bestuur mengt zich in principe niet in de operationele leiding. Ze neemt wel de beslissing over de tarieven. Die beslissingen worden zoveel mogelijk in consensus genomen. Dat betekent dat ook de beslissing om in beroep te gaan tegen de overgangsmaatregel kon rekenen op een meerderheid van de raad van bestuur.

Dat Belmans alles zou hebben gemanipuleerd in de richting van batterijen, lijkt onwaarschijnlijk: hij heeft daar geen persoonlijk belang bij. Hij kan ook als voorzitter van de raad van bestuur niet zomaar een beslissing alleen forceren. Hij heeft daarvoor minstens een meerderheid nodig.

Het is wel zo dat batterijen een belangrijkere rol kunnen spelen in het nieuwe systeem. Ze kunnen overschotten aan zonnestroom opslaan. Dat is interessanter voor eigenaars van zonnepanelen dan de stroom direct op het net te zetten. Maar batterijen zijn voorlopig niet geschikt om stroomtekorten in de donkere seizoenen (herfst, winter) te overbruggen: ze kunnen de stroom niet lang genoeg opslaan en ook hun capaciteit is voorlopig te beperkt om de lange donkere wintermaanden te doorstaan.

Ook de Vlaamse overheid heeft antwoorden gepubliceerd op de meest gestelde vragen over de zonnepanelen en de terugdraaiende teller. U vindt die op de website www.tellercompensatie.be .

Meest gelezen