N-VA krijgt forse knauw in peiling

Mochten er vandaag federale verkiezingen zijn, dan zou de N-VA wellicht een stevige tik krijgen in vergelijking met de vorige verkiezingen in 2014. De Vlaams-nationalisten halen in onze voorjaarspeiling nog 27,3 procent, een verlies van 5 procent.

Het is meteen ook het slechtste resultaat in zes jaar tijd. De N-VA belandt zelfs onder het niveau van de verkiezingen van 2010, toen ze op 28,2 procent uitkwam. Alles wat de N-VA sinds 2010 heeft opgebouwd, is in deze peiling weer tenietgedaan.

De kloof met de andere Vlaamse partijen wordt op die manier een beetje kleiner. Gaapte er bij de verkiezingen van 2014 nog een kloof van 14 procent tussen de N-VA en eerste volger CD&V, dan bedraagt die nu nog 8 procent.

Bij de twee andere Vlaamse regeringspartijen is er geen significante winst of verlies ten opzichte van de vorige verkiezingen. CD&V komt uit op 19,1 procent (+0,6), Open VLD klokt af op 14,1 (-1,5). Open VLD krijgt wel een mentaal tikje: ze is niet langer de derde partij in Vlaanderen, oppositiepartij SP.A heeft die plaats afgesnoept.

Bij de oppositie boeren vooral de groenen goed. Groen scoort 11,6 procent, een winst van zowat 3 procent ten opzichte van de verkiezingen in 2014.

De andere linkse partijen gaan er niet significant sterk op vooruit. De SP.A stijgt van 14,1 naar 14,7 en doet het ietsje beter dan in de vorige peilingen. Zoals eerder gezegd, haalt ze met dat resultaat ook net Open VLD in. De PVDA boekt een winst van 1,2 procent en gaat van 2,8 naar 4 procent.

Vlaams Belang kreeg bij de verkiezingen van 2014 een pandoering van jewelste en werd meer dan gehalveerd. De partij klimt nu weer zachtjes uit het dal en haalt in deze peiling 8,1 procent (+2,2).

De peiling werd uitgevoerd door TNS, in opdracht van de VRT en De Standaard. Ze werd telefonisch afgenomen bij 1.005 stemgerechtigde Vlamingen in Vlaanderen en Brussel, tussen 22 februari en 9 maart 2016. Het einde van de peiling viel dus samen met het begin van de begrotingsdiscussie.