Italiaanse premier Conte behoudt relatieve meerderheid in de Senaat en kan voort regeren

Het is geen absolute, maar wel een relatieve meerderheid. Dat wil zeggen dat er meer senatoren voor dan tegen de regering gestemd hebben, zonder dat Conte de helft van de zetels achter zich heeft gekregen. Gisteren haalde hij in het Lagerhuis wel een duidelijke meerderheid.

Premier Conte heeft de voorbije dagen koortsachtig contacten gevoerd met parlementsleden die niet tot zijn coalitie behoren om alsnog voort te kunnen regeren. Hij vond het onverantwoord om het land in heuse opstoot van het coronavirus in een politieke crisis te storten en blijkbaar vonden genoeg politici van liberale of centrumpartijen dat ook. 

De crisis was vorige week ontstaan toen de kleine partij Italia Viva van voormalig premier Matteo Renzi haar steun aan de regering opzegde. Renzi was het niet eens met de manier waarop Conte de Europese steungelden voor de Italiaanse economie wou besteden. 

De partij van Renzi heeft bij de stemming dan wel niet voor de regering gestemd, maar zich onthouden en op die manier is de val van de regering dan toch vermeden. Renzi was zwaar onder vuur genomen door andere Italiaanse politici. Die vonden het niet kunnen een regering te doen kantelen terwijl mensen massaal ziek worden.

Een van die senatoren die Conte te hulp snelden, was de voormalige premier en EU-commissaris Mario Monte. Ook Liliana Segre, een 90-jarige vrouw die de holocaust overleefd heeft, steunt de regering. 

Premier Conte wordt dan wel verzwakt omdat zijn regering nu bestaat bij de gratie van onafhankelijke parlementsleden, maar sommige analisten verwachten dat gematigde centrumpolitici op termijn zijn kamp zullen vervoegen, bij gebrek aan alternatief en uit vrees voor een chaos of nieuwe verkiezingen. Mogelijk zouden ook een aantal politici uit de partij van Renzi de kant van de premier kiezen. 

De regering van Conte bestaat uit de Vijfsterrenbeweging, de centrumlinkse PD en een kleinere linkse partij.