"Nee, wij zijn nooit tegen een lokale contactopsporing geweest": topman CM verweert zich tegen kritiek
"Nee, de mutualiteiten zijn niet op de rem gaan staan voor de lokale contactopsporing." Luc Van Gorp, topman bij de Christelijke Mutualiteit (CM), klinkt stellig. De afgelopen dagen zwol de kritiek op de ziekenfondsen aan, omdat zij de oorzaak zouden geweest zijn van de laattijdige lokale contactopsporing. Maar Van Gorp ontkent dat nu dus stellig.
Waarom is de contactopsporing niet sneller lokaal georganiseerd? Het is een discussie die nu al bijna twee weken woedt. Sinds gisteren kán het eindelijk, maar de waarom-vraag blijft wel hangen. En, middenin de storm staan de de mutualiteiten, die mee verantwoordelijk zijn voor de contactopsporing. Volgens critici zijn zij immers op de rem gaan staan. "Niet waar", ontkent Luc Van Gorp, topman bij de Christelijke Mutualiteit in "Terzake".
Even recapituleren: die contactopsporing, hoe zit dat nu weer?
Voor we beginnen, even recapituleren. Want hoe zat die contactopsporing nu weer in elkaar? En wat is de taak van de mutualiteiten?
In Vlaanderen (maar ook in Brussel en Wallonië) hebben de 5 grote mutualiteiten de opdracht gekregen om samen met callcenters en consultant KPMG de zogenoemde contacttracing te organiseren. Op die manier wil men zicht krijgen op de epidemie en in kaart brengen met wie een besmette persoon contact gehad heeft. De rolverdeling? De callcenters bellen (zowel naar mensen die besmet zijn, als naar mensen die in contact gekomen zijn met iemand die besmet is) en de mutualiteiten gaan ter plaatse als telefonisch contact onmogelijk is. In totaal moeten er 1.200 Vlaamse contactopspoorders voorzien worden, goed voor een totaal kostenplaatje van 100 miljoen euro.
Maar er duiken heel wat kinderziektes op, die blijven aanslepen, en de kritiek groeit (zoals je hier kan lezen). Experts pleitten voor een lokale aanpak, maar het duurt tot 3 augustus voor dat effectief kan.
Van Gorp ontkent nu formeel dat de mutualiteiten op de rem zijn gaan staan voor die lokale aanpak. "In het begin van de crisis heb ik niemand horen roepen langs de zijlijn. Er was weinig appetijt, ook van steden en gemeenten, om dat te doen. De vraag is uiteindelijk bij ons terechtgekomen. Wij hebben heel erg de afweging gemaakt: kunnen wij dat, willen wij dat? Maar wij geloven in een gezonde samenleving."
Er was weinig appetijt, ook van steden en gemeenten, om die contactopsporing te doen
En dus hebben de mutualiteiten toegehapt. "Wij hebben altijd gezegd: het kan centraal en decentraal, op voorwaarde dat er maar één platform is. Anders krijgen we 60 contactcenters, of 300 als elke gemeente een eigen contactcenter krijgt. Dan wordt de werking onmogelijk, worden mensen drie keer gebeld." Maar, zo benadrukt hij: "Wij zijn nooit tégen een lokale aanpak geweest. Ik verweer mij tegen iets wat we nooit gezegd hebben."
En wat dan met die 100 miljoen?
Ook over het kostenplaatje - 100 miljoen euro (zelfs 120 miljoen, als je de BTW meerekent) - is er al veel gezegd en geschreven.
Maar dat getal is eigenlijk niet correct, zegt Van Gorp. "Die 120 miljoen zouden we krijgen als wij met 1.200 mensen van mei tot november elke dag werken. En dat is niet het geval. Vandaag hebben er van ons, de mutualiteiten, 67 mensen gewerkt. We zetten de mensen in die we nodig hebben op basis van de gegevens die we de avond ervoor krijgen."
Dus, er zal dan geen 120 miljoen euro betaald worden? "Die volle envelop wordt niet gebruikt", klinkt het stellig bij Van Gorp. "Dat is een inschatting geweest. Ik heb zelfs geëist dat het contact aangepast werd, zodat alleen de medewerkers die die dag effectief werken gefactureerd zouden worden."
Die volle envelop wordt niet gebruikt
Meer nog, zegt Van Gorp: "Wij verdienen daar geen euro aan, het kost ons zelfs geld. En de tijd die de directie daarin steekt, wordt ook niet gefactureerd." Los daarvan vindt hij dat er wel een gesprek mag komen over de vergoeding voor de lokale besturen.
Bekijk hier het gesprek in "Terzake":
