Limburgse economie houdt stand, maar de arbeidsmarkt en het onderwijs zijn nog pijnpunten

Lange tijd werd gevreesd voor een economische crisis door de impact van de coronapandemie. Op dit moment ziet het er naar uit dat de Limburgse economie wel een tik heeft gekregen, maar geen structurele schade heeft opgelopen. Dat blijkt uit de jaarlijkse Toekomstindicator van ondernemersorganisatie VOKA-Limburg waarvan de editie 2021 vandaag is voorgesteld.

De Toekomstindicator brengt de economische gezondheid van de provincie in kaart. Daarbij wordt gekeken naar drie factoren die bepalend zijn voor de Limburgse ondernemingen: talent, innovatie en internationalisatie. Die indicatoren worden omgezet in punten. Limburg gaf in 2020 1,17 indicatorpunten prijs maar behoudt met 137,38 punten de op één na hoogste score in de voorbije tien jaar. Vlaanderen als geheel ging er zelfs op vooruit. “De trends laten niet alleen zien dat er nog potentieel is om het snel weer beter te doen, maar bovenal dat we als regio nog steeds ambitieus mogen zijn", zegt gouverneur Jos Lantmeeters. Gedeputeerde van Economie en POM-voorzitter Tom Vandeput (CD&V) hamert vooral op het belang van het strategisch plan SALKturbo. "Daarmee gaan we voor een systematische modernisering van de Limburgse economie. Onlangs heeft de Task Force 18 projecten goedgekeurd, het plan is dus in volle uitvoering."

Het belang van het buitenland

Limburg is door zijn ligging in belangrijke mate afhankelijk van de export en ook van buitenlandse investeringen. De uitvoer naar het buitenland is vorig jaar wel teruggevallen, voor dit jaar liggen de prognoses zelfs hoger dan voor de crisis. Maar de aantrekkende markt zorgt voor een ander effect. "Doordat de vraag terug sterk stijgt en productieprocessen achterstand hebben opgelopen, swingen de grondstofprijzen de pan uit", duidt Kris Claes, directeur belangenbehartiging van Voka-Limburg. Ook de prijzen van het internationale transport volgen die trend. Die indirecte effecten dreigen een grotere impact te hebben dan het stilleggen van de economie vorig jaar."

Verder bleef ook het aantal buitenlandse investeringen in Limburg stabiel. Met gemiddeld 35 arbeidsplaatsen per investeringsproject zorgen de investeringen in onze provincie voor de meeste jobs in heel Vlaanderen. “We hebben heel wat troeven in Limburg", gaat Claes verder. "Laat ons die versterken en zo investeringen aanmoedigen in plaats van ontmoedigen. De cijfers tonen aan dat deze een meerwaarde zijn voor de welvaart in onze regio.” Daarom was - ook door de gouverneur - een belangrijk pleidooi te horen voor meer samenwerking binnen de Euregio Maas-Rijn, het gebied met beide Limburgen, Luik, de Oostkantons en de regio Aken. 

Meer innovatiesteun nodig

VOKA legt nog enkele pijnpunten bloot. Zo stijgt wel de innovatiesteun aan Limburgse bedrijven, maar vloeit nog altijd maar 8,5 procent van het totaal richting Limburg. "En dat terwijl nergens meer aanvragen worden goedgekeurd, dan vanuit Limburg. De kwaliteit van de aanvragen is dus goed, we moeten dan ook in staat zijn een groter deel van de koek richting Limburg te halen", redeneert Kris Claes. In het luik talent is er de groeiende spanning op de arbeidsmarkt, waar met ongeveer 110.000 Limburgers zonder werk, alsmaar meer vacatures niet ingevuld raken. Daar pleit VOKA-Limburg voor een activeringsbeleid.

We dringen bij het federale niveau aan om voor de Vlaamse arbeidsmarkt een ander beleid te voeren dan voor de Waalse

Minister-president Jan Jambon

Vlaams-minister president Jan Jambon (N-VA) onderschreef dat trouwens bij de presentatie. Hij wees op de inspanningen die de VDAB al doet om mensen te activeren en waar mogelijk om te scholen of te herscholen. Anderzijds heeft ook het federale niveau een aantal instrumenten in de hand en daar pleit de minister-president voor een andere aanpak in Vlaanderen dan Wallonië omdat de situatie er van elkaar verschilt. 

"Om meer hoogopgeleiden ‘af te leveren’ kijken we naar een échte uitbreiding van de UHasselt. Maar ook op het vlak van professionele bacheloropleidingen blijven we – ondanks de vele aanvragen van onze hogescholen – achterop hinken", meent Kris Claes. Daartegenover stelt minister-president Jambon dat voor deze regeerperiode het aantal nieuwe universitaire opleidingen vastligt. "Maar we moeten ook durven zien dat Vlaanderen niet alleen qua inwoners dichtbevolkt is maar ook wat universiteiten en hogescholen betreft, en we moeten opletten dat we geen 27 volwaardige universiteiten uitbouwen, maar wel altijd blijven bekijken wat de behoeften zijn."

Meest gelezen