Will Tura trad z’n hele carrière lang op in Lebbeke: "Ik zie hem hier nog aankomen in zijn legerkostuum met zijn gele kever"

Will Tura heeft iets met het Oost-Vlaamse Lebbeke. Tijdens zijn legerdienst trad hij er al op, en ook de vele jaren erna bleef hij er graag terugkomen. "Minstens 187 keer heeft hij opgetreden in de danszaal van mijn vader, en ze kenden elkaar op de duur goed", zegt Arsène. "Will kwam zelfs naar mijn huwelijk en mijn pensioenfeest."

Amper negentien jaar oud was Will Tura toen hij voor de eerste keer naar Lebbeke afzakte. Arsène De Mol weet het nog alsof het gisteren was. "Mijn vader baatte in Lebbeke De Casino uit, een bekende danszaal. Op een dag vroeg hij me 'Zouden we die Will Tura eens boeken?' Waarop ik zei: 'Dat moet jij weten'. Nooit had ik kunnen vermoeden dat het zo’n lange reeks optredens zou worden."

Arthur Blanckaert, zoals Will Tura echt heet, vervulde toen zijn legerdienst. "Dat eerste jaar kwam hij hier in zijn gele VW kever geregeld aan in zijn legerkostuum, met zijn gitaar. Ik weet nog dat hij na een optreden telkens op tijd moest vertrekken, want hij moest om middernacht terug in de kazerne zijn." Will trad in die jaren vaak op in De Casino. "Hij heeft hier zijn jong leven versleten", lacht Arsène. "Op een bepaald moment gaf hij hier zowat elke maand een optreden."

Porsche

Het succes bleef niet uit. Will zag zijn carrière steil omhooggaan, maar toch bleef hij Lebbeke trouw. "Hij is hier jarenlang blijven komen", zegt Arsène. "En telkens zat de zaal vol: op de duur verkochten we voor elk optreden 1.300 kaartjes, zelfs meer. We hadden vijf togen in de zaal. Die waren bij de lokale tienermeisjes heel populair als tewerkstellingsplek: ze verdienden geld én ze zagen hun idool aan het werk." 

Na enkele jaren kwam Will niet meer met een kever, maar met een Porsche naar Lebbeke. "Er was soms zoveel volk dat hij na een optreden bijna niet meer weg geraakte, omdat de fans z’n auto omsingelden. Daarom zette hij zijn wagen bij ons thuis in de garage, en bracht mijn man hem naar de zaal met een andere auto", weet Arsène nog. "We brachten hem via het huis van de buren naar het podium, anders werd hij onderweg te veel aangeklampt."

Vaas

Will zakte per jaar minstens een keer of zeven, acht af naar Lebbeke. "Als er dan eens een tijdje geen optreden was, kwamen de mensen vragen waar hij bleef", zegt Arsène. Haar familie bouwde een mooie band met hem op. "Will was aanwezig op mijn huwelijksfeest, en hij is samen met zijn vrouw Jenny naar mijn pensioenviering gekomen. Ze waren die dag net 25 jaar getrouwd." Ergens in huis moet er nog een vaas staan die het koppel van de zanger kreeg. 

Ook toen danszaal De Casino niet meer bestond, bleef Tura naar Lebbeke komen. De gemeente is zo hard met hem verbonden, dat er zelfs een tentoonstelling aan hem gewijd is in cultuurcentrum De Biekorf. "Daar is hij naar komen kijken", zegt Arsène. Ze zag hem voor het laatst eind vorig jaar op de lokale voorstelling van 'Barbara'. "Ik snap wel dat hij het podium vaarwel zegt. Volgens mij doet hij het voor zijn vrouw, maar hij is intussen ook al 82. Ik heb hem ooit gezegd 'We hebben je rijk gemaakt', waarop hij antwoordde 'Maar ik jullie ook'", lacht Arsène. "Het waren mooie tijden."

Meest gelezen