Amnesty International: "Iraanse veiligheidsdiensten gebruiken onwettig geweld om protesten te onderdrukken"

Amnesty baseert zich op getuigenissen en beelden die de organisatie onderzocht en geverifieerd heeft. Die beelden zijn gemaakt tijdens de protesten op 11 en 12 januari.

Mensen trokken toen de straat op, woedend omdat Iran na dagenlang ontkennen eindelijk toegaf dat het per ongeluk een lijnvliegtuig had neergeschoten. Daarbij vielen 176 doden, de meesten Iraniërs en Canadezen van Iraanse afkomst.

Op de beelden is te zien hoe betogers geslagen worden met wapenstokken, en er zijn beelden van agenten met geweren - al is niet duidelijk te zien met welke munitie die geladen zijn.

Ook zijn er beelden van mensen die in een plas bloed op de grond liggen, en er zijn röntgenfoto's van verwondingen waarop duidelijk gepunte luchtdrukkogels te zien zijn. Eén getuige meldt dat er overal in de betogingen gewapende veiligheidsmensen in burger aanwezig waren. 

Verschillende getuigen zeggen dat ze bang zijn om naar het ziekenhuis te gaan, uit vrees om daar gearresteerd te worden. In sommige ziekenhuizen zijn er ook opvallend veel veiligheidsmensen en mensen van inlichtingendiensten aanwezig, wat die vrees voor arrestatie doet toenemen. Andere getuigen kregen te horen van ziekenhuispersoneel dat ze gearresteerd zouden worden als ze in het ziekenhuis bleven.

Er zijn meldingen van willekeurige arrestaties, onder meer van studenten, in de steden waar betoogd is. Ook zou hier en daar de familie van de arrestanten geen informatie krijgen over het lot van hun dierbaren, of de plek waar ze vastgehouden worden. Amnesty kreeg naar eigen zeggen ook schokkende klachten over ernstig seksueel geweld tegen minstens één vrouw tijdens haar verhoor.

Amnesty International veroordeelt het geweld scherp en roept de Iraanse overheid op om op te houden met het geweld, en het recht van burgers te respecteren om vreedzaam te demonstreren.