Een afvalhoop van mammoetbeenderen die gevonden werd bij de opgravingen.
Timothy Rowe/The University of Texas at Austin

Geslachte mammoeten in New Mexico bieden beste bewijs voor vroege aanwezigheid mensen in Noord-Amerika

Zo'n 37.000 jaar geleden kwamen een moeder mammoet en haar kalf aan hun einde door toedoen van mensen. Dat blijkt duidelijk uit de beenderen van de dieren die gevonden zijn in New Mexico. Een belangrijk detail daarbij is wel dat de meeste archeologische aanwijzingen voor de aanwezigheid van mensen op die plaats dateren van tienduizenden jaren later. Volgens de onderzoekers die de resten opgegraven hebben, vormen die mee van de meest overtuigende bewijzen voor de stelling dat mensen zich veel vroeger in Noord-Amerika hebben gevestigd dan algemeen wordt aangenomen. 

De onderzoekers legden een schat aan aanwijzingen bloot die maar zelden op één plaats gevonden worden. Daarbij waren beenderen met breuken die veroorzaakt waren door brute kracht, 'wegwerpmessen' die gemaakt waren uit splinters van de lange beenderen van de mammoeten en sporen van een gecontroleerd vuur. 

De snijkanten van de benen messen waren bot, wat erop wijst dat ze gebruikt zijn om de karkassen van de mammoeten te versnijden, en rond het vuur werden sporen gevonden die aantonen dat het gebruikt is om het vet van de dieren uit te smelten. 

Dankzij een koolstofdatering van collageen dat uit de mammoetbeenderen onttrokken werd, heeft de site ook een behoorlijk zekere ouderdom. Ze is tussen 36.250 en 38.900 jaar oud, wat haar tussen de oudste bekende sites plaatst die mensen hebben achtergelaten in Noord-Amerika. 

"Wat we hier hebben, is verbazingwekkend", zei Timothy Rowe. "Het is geen inspirerende site met een prachtig skelet dat mooi op zijn zij ligt. Alles is compleet in de war gegooid, maar dat is nu eenmaal het verhaal van deze site." 

Rowe is een paleontoloog en professor aan de University of Texas at Austin, die de leiding had over de studie, en de hoofdauteur van de studie over de vondst. 

De site bevatte vooral gebroken beenderen van de ribben en de ruggengraat van de mammoeten. Het meest opvallende en grootste fragment hier is een deel van de schedel van de volwassen mammoet.
Timothy Rowe/The University of Texas at Austin

Onzekerheid

Rowe verricht normaal gezien geen onderzoek naar mammoeten of mensen. Hij raakte hierbij betrokken omdat de beenderen letterlijk in zijn achtertuin zijn opgedoken. 

Een buurman merkte in 2013 een slagtand op die door verwering uit een heuvel was tevoorschijn gekomen op het land van Rowe in New Mexico. Toen Rowe op onderzoek uitging, vond hij een ingeslagen mammoetschedel en andere beenderen die eruitzagen alsof ze opzettelijk gebroken waren. 

Het leek alsof hij een site gevonden had waar mammoeten geslacht waren, maar vermoedelijke vroege menselijke sites worden omgeven door onzekerheid. Het kan namelijk erg moeilijk zijn om vast te stellen of iets zijn vorm heeft gekregen door de natuur of door mensenhanden. 

Die onzekerheid heeft geleid tot een debat in de antropologische gemeenschap over het tijdstip waarop mensen voor het eerst zijn verschenen in Noord-Amerika.  

De Cloviscultuur, die lange tijd gezien werd als de eerste inheemse menselijke cultuur en die dateert van zo'n 16.000 jaar geleden, heeft zorgvuldig gemaakte stenen werktuigen achtergelaten. Die maken het mogelijk bepaalde sites op een objectieve manier aan mensen toe te wijzen. 

Maar in het geval van oudere sites, waar stenen werktuigen ontbreken, worden de aanwijzingen subjectiever, zei Mike Collins, een gepensioneerd professor aan de Texas State University, die niet betrokken was bij deze studie. Collins leidde het onderzoek in Gault, een bekende archeologische site in de buurt van Austin waar veel Clovis- en pre-Clovis-artefacten gevonden zijn.  

Sporen van het slachten op mammoetribben. De bovenste rib vertoont een breuk die veroorzaakt is door er hard op te slaan met een stomp voorwerp, in de middelste rib is een gat gemaakt, waarschijnlijk met een werktuig, in de onderste rib zijn snijsporen te zien.
Timothy Rowe et al./The University of Texas at Austin

Analyses

Hoewel er op de site van de mammoeten geen stenen werktuigen gevonden zijn die ermee in verband kunnen worden gebracht, hebben Rowe en zijn mede-auteurs een reeks aanwijzingen gevonden die de stelling ondersteunen dat hier mensen aan het werk zijn geweest. Ze deden dat door stalen uit de site wetenschappelijk te analyseren in het laboratorium. 

Naast andere vondsten legden CT-scans beenderschilfers bloot met microscopische netwerken van breuken die lijken op die in pas met een hamer in stukken geslagen koeienbeenderen en goed geplaatste steekwonden die geholpen zullen hebben om het vet te laten weglopen uit ribben en wervels. 

"Er zijn maar een paar efficiënte manieren om een dergelijk varkentje te wassen, bij wijze van spreken", zei Rowe. "De patronen van het slachten zijn behoorlijk karakteristiek."

Bovendien toonde een chemische analyse van het sediment rond de beenderen deeltjes van een vuur die afkomstig waren van een langdurige en gecontroleerde vuurhaard en niet van een blikseminslag of een brand. Het materiaal bevatte ook verpulverde beenderen en de verbrande resten van kleine dieren - voornamelijk vissen - ook al ligt de site meer dan 60 meter boven de dichtsbijzijnde rivier -, maar ook vogels, knaagdieren en hagedissen. 

Een video van de University of Texas Jackson School of Geosciences van een scan van een mammoetrib met een steekwond. De scan werd gemaakt door de University of Texas High-Resolution X-ray Computed Tomography Facility.

Gereedschapskist

Op basis van genetische aanwijzingen van inheemse volkeren in Zuid- en Centraal-Amerika en artefacten van andere archeologische sites hebben een aantal wetenschappers de stelling gelanceerd dat minstens twee volkeren aan de basis liggen van de oorspronkelijke bevolking van Noord-Amerika: de Cloviscultuur en een pre-Clovis samenleving met een andere genetische afstammingslijn. 

De onderzoekers stellen dat de site uit New Mexico, met zijn hoge ouderdom en benen werktuigen in plaats van een geavanceerde steentechnologie, deze theorie kan ondersteunen. 

Collins zei dat de studie bijdraagt aan het groeiende aantal aanwijzingen voor het bestaan van een pre-Clovis samenleving in Noord-Amerika en dat ze bovendien een gereedschapskist biedt die anderen kan helpen om aanwijzingen te vinden die anders misschien over het hoofd gezien zouden worden.

"Tim heeft uitstekend en grondig werk verricht in een grensverleggend onderzoek", zei Collins. "Het baant een weg die anderen kunnen volgen en waar ze van kunnen leren."

De studie van de onderzoekers van de University of Texas at Austin, Stafford Research in Albuquerque, de University of Michigan en de Aarhus universitet in Denemarken is gepubliceerd in Frontiers in Ecology and Evolution. Dit artikel is gebaseerd op een persmededeling van de University of Texas at Austin. 

Een oude reconstructie van hoe de Amerikaanse mammoet eruitgezien kan hebben. Mogelijk stemt de reconstructie niet meer overeen met de nieuwste inzichten.
Public domain/Robert Bruce Horsfall - William Berryman Scott, A history of land mammals in the western hemisphere, New York, MacMillan Publishing Company, 1913. Page 198.

Meest gelezen