De Armeense genocide: een van de eerste grote volkenmoorden van de 20e eeuw

Een eeuw geleden begon het Jong-Turkse regime met de systematische vervolging en uitroeiing van de christelijke Armeense minderheid in het rijk. Dat was een van de eerste grote -maar helaas niet laatste- volkerenmoorden van de bloedige 20e eeuw.

Lange tijd was het Turks-Ottomaanse rijk relatief tolerant geweest tegenover de christelijke Griekse en Armeense minderheden, zeker in de hoofdstad Constantinopel of Istanbul. Toch hadden Turkse troepen op het eind van de 19e eeuw al bloedbaden aangericht onder de Armeense bevolking in Anatolië, het gebied tussen de Zwarte Zee en de Middellandse Zee. (Lees verder onder de foto).

De Jong-Turkse revolutie met Enver Pasha startte met grote idealen, maar werd al snel een dictatuur.

De oude ideologie van de Ottomaanse sultans en kaliefen verkruimelde in die periode en vooral in het leger werd het opkomende Turkse nationalisme beschouwd als een motor om het rijk te vernieuwen en te moderniseren.

De Jong-Turkse revolutie -staatsgreep eigenlijk - van 1908 bracht nationalistische vernieuwers aan de macht, maar wat eerst een democratische beweging wilde zijn, werd al snel omgevormd tot de dictatuur van de drie Jong-Turkse leiders. Onder de nieuwe leiders won het panturanisme veld: de nationalistische stroming die alle Turkse volkeren wou verenigen van de Balkan over het Midden-Oosten naar Centraal-Azië. 

In die optiek wantrouwde de Jong-Turkse junta de minderheden -vooral dan de Grieken, Koerden en Armeniërs - en wou die hen assimileren met de islamitische Turken. Ook met de Arabieren in het Midden-Oosten groeiden de spanningen. 

De Jong-Turkse ambities richting de Kaukasus en Centraal-Azië leidden tot spanningen met Rusland en in 1914 stapte het Ottomaanse Rijk in de Eerste Wereldoorlog aan de zijde van Duitsland en Oostenrijk-Hongarije. Al snel verweten de Jong-Turken de christelijke Armeniërs sympathie voor Rusland en de andere geallieerde machten.

De eerste systematische volkerenmoord

Na enkele kleine opstanden van Armeniërs liet het Turkse regime in de nacht van 24 april 1915 meer dan 200 leiders van de Armeense minderheid in de hoofdstad Constantinopel oppakken. Een aantal onder hen werd meteen terechtgesteld.

Daarna werd de hele Armeense bevolking geviseerd. Als eersten werden de Armeense soldaten in het Ottomaanse leger ontwapend en in "arbeidsbataljons" geplaatst. In de prakijk was dat slavernij.

Al heel snel werden systematisch een miljoen Armeense mannen, vrouwen en kinderen in Anatolië uit hun huizen gezet en via dodenmarsen door bergachtig terrein naar de Syrische woestijn gedeporteerd. Honderdduizenden kwamen om van uitputting, mishandeling en honger. Anderen werden beestachtig vermoord en verkracht door opgezweepte bendes. 

De overlevenden kwamen uiteindelijk terecht in concentratiekampen in de Syrische woestijn, waar ze van honger en dorst omkwamen. Tienduizenden Armeniërs vluchtten over de Kaukasus naar Rusland. (Lees verder onder de foto).

Twee genocides tegen Armeniërs

Al meteen klaagden zowel de geallieerden als sommige Duitse en Turkse officieren en politici de moordpartijen aan. Na de oorlog werden een aantal verantwoordelijken berecht, maar de meesten ontsprongen de dans. Twee van de drie belangrijkste leiders van de Jong-Turkse junta, Talaat Pasja en Djemal Pasja, werden vermoord door Armeense wraakcommando's. De derde, Enver Pasja, sneuvelde in een gevecht met Russische bolsjewieken.

Na duizenden jaren was de Armeense aanwezigheid in Anatolië zo goed als uitgewist

Dat weerhield het verslagen Turkije er niet van om tussen 1920 en 1923 nog een tweede Armeense volkerenmoord te plegen, waarbij nog eens tienduizenden mensen gedood werden. Hun woningen en bezittingen werden overgenomen door Turken. Armeense kerken en monumenten werden verwoest. Na duizenden jaren was de Armeense aanwezigheid in Anatolië verdwenen.

In 1923 greep generaal Mustafa Kemal, die later de naam Atatürk zou aannemen, de macht en riep hij de republiek uit. De republiek steunde vooral op officieren uit het leger en daarin zaten er veel die zich aan volkerenmoord schuldig hadden gemaakt. Het moderne Turkije ontkende toen het bestaan van de volkerenmoorden op de Armeniërs, Grieken en Assyriërs en tot vandaag blijft dat een moeilijk bespreekbaar onderwerp. 

De geallieerden erkenden in 1920 wel de republiek Armenië, maar die werd door Turken en Sovjettroepen bezet. Pas in 1991 werd die voormalige Sovjetrepubliek Armenië opnieuw onafhankelijk. De Armeense diaspora over de hele wereld heeft de herinnering aan haar volkerenmoord levendig gehouden. Sinds 1987 erkent het Europese Parlement de Armeense genocide, evenals het Amerikaanse Congres en de Russische Doema. (Lees verder onder de foto).

AP2005

Duizenden jaren oude gemeenschappen

De Armeniërs zijn een volk dat een Indo-Europese taal spreekt. Het bewoonde duizenden jaren de bergen van de Kaukasus en Anatolië tot aan de Middellandse Zee. Mogelijk zijn ze verwant aan oude volkeren zoals de Hittieten. Het Armeense rijk omarmde in het jaar 301 het christendom, nog voor de Romeinen of gelijk welke andere staat dat deed. De Armeense kerk behoort tot de oosterse monofysietische strekking die ook de Koptische en de Syrische kerk omvat.

In totaal zouden er tussen 1915 en 1918 en nog eens tussen 1920 en 1923 meer dan anderhalf miljoen Armeniërs zijn omgebracht. Dat was drie vierde van de Armeense bevolking in het Ottomaanse rijk. Nu wonen de Armeniërs vooral in hun eigen republiek in de Kaukasus en zijn er verspreide gemeenschappen over geheel de wereld.

Tegelijk met de Armeense volkerenmoord vond er in het Turkse rijk nog een genocide plaats op een andere christelijke volksgroep, nu bekend als de Assyriërs. Ze wonen in het zuidoosten van Anatolië en in het noorden van Syrië, spreken een vorm van Aramees en behoren tot de Syrische kerk. 

In dezelfde periode zouden er tot 300.000 Assyriërs in gelijkaardige omstandigheden zijn vermoord. Dat doet akelig denken aan de huidige etnische en religieuze "zuiveringen" die de terreurgroep IS enkele jaren geleden in Syrië en Irak uitvoerde tegen Assyriërs, jezidi's en andere groepen zoals de sabeïsche mandeeërs.

De Armeense genocide was helaas niet de enige van de eeuw. Tussen 1903 en 1907 zouden Duitse troepen in de kolonie Zuidwest-Afrika (nu Namibië) 80.000 inheemse mensen hebben omgebracht. Het zou gaan om 80 procent van het Herero-volk en de helft van de Nama. 

Het was een luguber precedent van de Holocaust met miljoenen slachtoffers die de nazi's aanrichtten tijdens de Tweede Wereldoorlog. 

Ook de massamoorden van de Rode Khmer in Cambodja in de jaren 70 en de slachting onder Tutsi's en gematigde Hutu's in Rwanda in 1994 passen in die geschiedenis. 

Meest gelezen