DNA-sporen van 78 verschillende personen geïsoleerd op crashsite
Sinds de crash op dinsdag zoeken de hulpverleners naar zo veel mogelijk stoffelijke resten. Maar omwille van de impact van de crash en het ontoegankelijke terrein, is dat een zeer moeilijke klus, luidt het.
De menselijke resten die teruggevonden worden, worden overgebracht naar een laboratorium in het dorpje Seyne-les-Alpes. Daar is op een onbekende locatie een laboratorium ingericht waar een vijftigtal gerechtsartsen, -tandartsen, identificatiespecialisten van de politie en andere onderzoekers aan de slag zijn.
Elk element van belang
"Zij doen er alles aan om de lichamen van de slachtoffers zo snel mogelijk tot bij de nabestaanden te krijgen", zegt Patrick Touron van het crimineel onderzoeksinstituut van de nationale gendarmerie. Gezien de slechte toestand van de stoffelijke resten, kan elk element van belang zijn: tandafdrukken, juwelen, digitale afdrukken en andere identiteitsgegevens. "Bij rampen gebeurt 90 procent van de identificaties aan de hand van de tanden", zegt Touron. In het geval van deze vliegtuigcrash werken de onderzoekers vooral met DNA-sporen.
Terwijl verder gezocht wordt naar stoffelijke resten, wordt een weg aangelegd die de onderzoekers en de bergingsploegen betere toegang moet geven tot de crashsite. Dat werk zou tegen morgenavond afgerond moeten zijn.
De weg zal ook gebruikt kunnen worden voor het evacueren van de grootste brokstukken van het vliegtuig.