Jonas Hamers / ImageGlobe

Brussel verlaagt registratierechten voor gezinswoning van maximaal 600.000 euro

Vanaf 1 januari volgend jaar moet de aankoop van de eerste  gezinswoning goedkoper worden voor de Brusselaars. Een voorstel daarover van minister van Financën Sven Gatz (Open VLD) kreeg het fiat van de Brusselse regering. De bedragen die vrijgesteld worden van belasting worden opgetrokken, en er komt een extra belastingkorting voor wie grondig renoveert.

Het Brussels gewest heft hoge registratierechten (dat zijn gewestelijke belastingen) op de aankoop van een woning. Waar het tarief voor de enige eigen woning in Vlaanderen nu op 3% ligt, ligt dat in Brussel op 12,5%. Brussel probeert dat wel te compenseren door zogenaamde abattementen. Een abattement is een som waarop geen belasting moet worden betaald. 

Tot nu toe moet er in Brussel geen belasting worden betaald op de eerste 175.000 euro, op voorwaarde dat de woning niet meer kost dan 500.000 euro. (Het moet ook gaan over de eigen gezinswoning,  dus niet over een tweede woning.) 

Vanaf 1 januari 2023 zal er geen belasting meer moeten worden betaald op de eerste 200.000 euro. De vrijstelling zal voortaan ook gelden voor woningen tot maximaal 600.000 euro, in plaats van 500.000. 

Renoveren

Bovendien wordt de belastingvrije som verhoogd voor wie een belangrijke energetische renovatie doorvoert. Per sprong van energieklasse wordt het belastingvrije deel van de aankoopsom met 25.000 euro verhoogd. De voorwaarde is wel dat er minstens twee energiesprongen worden gerealiseerd, dus bijvoorbeeld van energieklasse E naar klasse C. 

Wie een energierenovatie doorvoert, krijgt bovendien vijf jaar de tijd om zich in de woning te domiciliëren, in plaats van twee jaar nu. Renovatiewerken duren immers vaak veel langer dan oorspronkelijk gepland. 

Meer tijd

Op dit moment geldt de belastingkorting alleen voor wie minstens vijf jaar in zijn woning blijft. Wie vroeger de woning verlaat, moet alles terugbetalen.  Vanaf 1 januari zal ook dat veranderen:  dan zal maar een deel moeten worden terugbetaald, afhankelijk van de resterende termijn. (Wie na één jaar vertrekt, zal meer moeten terugbetalen dan wie na vier jaar vertrekt.)

Brussels minister van Financiën Sven Gatz wijst erop dat deze wijzigingen van de woonfiscaliteit in het regeerakkoord staan. "Ze moeten de aankoop van de hoofdverblijfplaats minder duur maken", zegt hij. "Daarmee streven we ernaar om in het Brussels gewest een voldoende grote middenklasse te behouden van jonge gezinnen die willen investeren in een eigen woning."

Meest gelezen