Builenbrand op een maïskolf en op de stam van een plant.

"Builenbrand" teistert de maïsoogst: het klinkt vreselijk en ziet er niet uit, maar eigenlijk is het vrij onschuldig

Mogelijk heb je ze al gezien, al wandelend of met de fiets, een soort gigantische, blauwige tumoren rond de stronk van de maïsplant of op de kolven. Het heet builenbrand of maïsbrand en is het ook een gevolg van de natte zomer, zoals de schimmels in wijngaarden en de planten die wegrotten in de moestuintjes? Eigenlijk niet, zegt Thijs Vanden Nest, onderzoeker en specialist voedergewassen bij ILVO, het Instituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedingsonderzoek, in 'De wereld vandaag' op Radio 1.

Volgens Vanden Nest is builenbrand een weinig typische schimmel omdat we hem vooral zien bij droogte en warm weer. Dan heeft de maïsplant meer stress en minder weerstand tegen de schimmel. 

Intussen is het echter al enkele tientallen jaren zo dat we de schimmel regelmatig zien en dat er elk jaar op een perceel maïs wel een plekje terug te vinden is waar een aantal planten geïnfecteerd zijn. 

En hoewel de naam heel gevaarlijk klinkt, het is bijna de builenpest, is builenbrand vrij onschuldig, zei Vanden Nest. In tegenstelling tot veel andere schimmels die op planten kunnen voorkomen, produceert hij geen stoffen die gevaarlijk zijn voor mens of dier. 

Wel is het zo dat de opbrengst kan verminderen als de schimmel extreem veel voorkomt en dan kunnen ook andere schimmels langs de builenbrand een 'toegangspoort' vinden om de plant te infecteren. 

Er zijn in feite twee types van builenbrand, zei Vanden Nest, er zijn er die op de stengel groeien en niet echt een probleem vormen, en er zijn er die op de maïskolven voorkomen. 

Als die laatste soort veel voorkomt, is er dus een vermindering van de opbrengst, en als ze extreem veel voorkomt, zoals de laatste twee jaar wel meer is voorgevallen met de hete en droge zomers, dan kan de builenbrand een probleem vormen voor het inkuilen. 

Boeren kuilen maïs in om in de winter te gebruiken als voeder voor hun dieren, en de maïs blijft bewaard dankzij fermentatieprocessen. Bij een extreme infectie met builenbrand verlopen die processen echter zeer slecht omdat er te weinig maïskorrels in het voer zitten en te veel sporen van de builenbrand, zei Vanden Nest. 

Beluister hier het gesprek met specialist voederteelten Thijs Vanden Nest in 'De wereld vandaag'

Builenbrand (Ustilago maydis) op maïs.

Een delicatesse in Mexico

Builenbrand kan dus niet echt kwaad en in Mexico wordt het zelfs gegeten, zei Vanden Nest, maar hij wist niet hoe het bereid wordt. 

Zelf heeft hij het nog nooit gegeten en hij weet ook niet of het om dezelfde stammen gaat als de stammen die hier voorkomen. Waarschijnlijk is het wel dezelfde soort, maar een andere stam met ander DNA kan al snel een andere smaak hebben, zei hij. 

Het blijkt dat in Mexico builenbrand gezien wordt als een delicatesse die huitlacoche genoemd wordtGeïnfecteerde maïskolven zijn meer waard dan gewone zodat de boeren de infectie opzettelijk verspreiden. 

De geïnfecteerde kolven worden enkele weken na het begin van de infectie geoogst als ze nog niet rijp zijn, en gekookt. Vervolgens kunnen ze vers verwerkt worden in gerechten of zelfs ingemaakt in blik. 

Een quesadilla de huitlacoche in Mexico. Als de maïskolven met builenbrand gekookt worden, krijgen ze een zwarte kleur (achteraan).
Gunnar Wolf/Wikimedia Commons/CC BY-SA 30
Builenbrand op een maïskolf.

Meest gelezen