Een gevlekte adelaarsrog in de buurt van Darwin Island (Galápagos-eilanden) in de Stille Oceaan.
Daniel Versteeg / WWF

69 procent minder wilde dieren in 48 jaar tijd: "Code rood voor de planeet en voor de mens", zegt Wereldnatuurfonds

Het gaat niet goed met de wilde dieren op aarde, en daar is opnieuw een alarmerend cijfer op geplakt. Tussen 1970 en 2018 zijn populaties van wilde dieren achteruitgegaan met gemiddeld 69 procent, zo blijkt uit een nieuw, tweejaarlijks rapport van het Wereldnatuurfonds WWF, en dat is slecht nieuws voor de biodiversiteit. In Latijns-Amerika gingen de aantallen zelfs met 94 procent achteruit, en ook voor de mens is dat geen goed nieuws. "Het betekent dat de natuur achteruit gaat. De diensten die de natuur ons levert, komen in gevaar", zegt Koen Stuyck van WWF België. "En er is meer gevaar voor het uitbreken van nieuwe virussen." Toch is er ook goed nieuws. 

Het WWF stelt om de twee jaar zijn Living Planet Report (LPR) voor dat een brede schets maakt van de populaties van wilde dieren op onze planeet. Die aantallen geven dan weer een duidelijke indicatie over de toestand van de natuurgebieden op aarde, en over de biodiversiteit (al geeft het rapport zelf geen cijfers over uitgestorven soorten). 

Het rapport gebruikt data van de Living Planet Index (LPI) van de Zoological Society of London. Die dataset is bijzonder uitgebreid met bijna 32.000 populaties van 5.230 gewervelde soorten  - zoogdieren, vogels en vissen, maar ook amfibieën en reptielen. Zowat 50 jaar al worden vele duizenden populaties opgevolgd: hoe doen ze het, en waarom gaat hun aantal vooruit of achteruit?  

We zitten in code rood voor de planeet en voor de mensheid

Marc Lambertini, voorzitter WWF

Internationaal WWF-voorzitter Marco Lambertini is alvast duidelijk. In zijn voorwoord in het rapport schrijft hij "de boodschap is duidelijk en het licht staat op rood. Ons grootste rapport ooit over de toestand van gewervelde dieren wereldwijd brengt ons schrikwekkende cijfers: een choquerende achteruitgang van twee derde op de globale Living Planet Index in minder dan 50 jaar. Dit is code rood voor de planeet en voor de mensheid." 

BEKIJK - Koen Stuyck: "Code rood, ook omdat dit betekent dat onze natuurgebieden sterk achteruitgaan"

Videospeler inladen...

Waar is de achteruitgang het grootst?

De gemiddelde achteruitgang van gewervelde diersoorten bedraagt dus 69 procent, vooral door verlies van leefgebied (denk aan het kappen van bossen voor landbouw) maar ook door vervuiling of ingrijpen van de mens in de natuur (denk aan overbevissing). Sommige regio's springen eruit: in Latijns-Amerika en de Caraïben is er sprake van een achteruitgang van 94 procent bij de gemonitorde populaties van wilde diersoorten sinds 1970. "Dat net in die tropische regio's, die zoveel biodiversiteit bieden, de achteruitgang zo groot is, is zorgwekkend, onderstreept Koen Stuyck van WWF België. 

In andere gebieden zoals Noord-Amerika (-20 procent) en Europa met Centraal-Azië (-18 procent) lijken de cijfers veel beter mee te vallen, maar dat komt omdat de toestand daar al veel slechter was bij het eerst ijkpunt in 1970 dan in bijvoorbeeld Latijns-Amerika. "Het betekent niet dat de biodiversiteit er intacter is. In feite is Europa een van de laagst scorende regio's wat betreft de integriteit van de biodiversiteit", schetst het WWF. 

Meestal gaat het erom dat de aantallen sterk afnemen, maar af en toe sterft een diersoort volledig uit. Dat gebeurde bijvoorbeeld met de rode pad in 1989, onder meer door  structurele veranderingen in de nevelwouden in Costa Rica. 

Het zoetwaterleven is er niet goed aan toe. Het is nochtans bijzonder rijk, en is goed voor een derde van alle gewervelde soorten. Door vervuiling, menselijk gebruik, habitatverlies, het omleiden van een rivier of het bouwen van een dam of door de komst van invasieve soorten staat het zoetwaterleven sterk onder druk. Van alle rivieren ter wereld die langer zijn dan 1.000 km, stroomt maar 37 procent ongeremd over haar hele lengte. 

De zoetwatersoorten vertonen een gemiddelde daling van 83 procent. Daarbij zit ook de roze Amazonedolfijn (ook wel boto genoemd), waarvan de aantallen tussen 1994 en 2006 met 65 procent zijn afgenomen in het Mamirauá-reservaat voor duurzame ontwikkeling in de Braziliaanse deelstaat Amazonas. Zoetwaterttrekvissen gingen er dan weer met 76 procent op achteruit tussen 1970 en 2016. En toch is er ook goed nieuws: lees door onder de foto. 

Een roze Amazonedolfijn (boto) in de Ariau-rivier in Amazonia, Brazilië.
naturepl.com / Kevin Schafer / WWF

In een rivier in Maine (VS) schoot het aantal haringen spectaculair omhoog 

Toch is het niet allemaal slecht nieuws. Daar waar de mens opnieuw vrijheid en ruimte geeft aan de natuur, kan het ook in positieve zin keren. Zo werd in de Penobscot River in de Amerikaanse staat Maine twee dammen verwijderd en werden er aan andere verbeteringen aangebracht. Het aantal haringen schoot er nadien omhoog van enkele honderd naar bijna twee miljoen binnen de vijf jaar. Ook visvangst werd opnieuw mogelijk. 

In India doet de tijger het opnieuw wat beter, onder meer omdat er meer corridors zijn gemaakt zodat het dier zich over grotere oppervlaktes kan bewegen. En in de Middellandse Zee is er goed nieuws over de karetschildpad. In een beschermingsprogramma op Cyprus werden de eieren met kooien beschermd tegen vossen, en/of naar plaatsen gebracht waar het minder druk was door toerisme. 

BEKIJK - Koen Stuyck: "Geld van toerisme investeren hielp de berggorilla"

Videospeler inladen...

Waarom is biodiversiteit belangrijk?

Het belang van biodiversiteit mag niet worden onderschat. We moeten de biodiversiteit niet  enkel beschermen omdat we graag wilde dieren zien, het is ook belangrijk voor de mensheid zelf. "Het is een kwestie van overleven. We beginnen de impact in vele aspecten van ons leven te zien", zegt Marco Lambertini daarover. 

Hij verwijst naar de gezondheidsimpact en de economische impact - denk bijvoorbeeld aan de achteruitgang van onze bijen en de mogelijke problemen voor allerlei teelten, of de gevaren van het verder inbreken van de mens in natuurlijke habitats. Er is een directe link tussen de vernietiging van ecosystemen, de handel in wilde dieren en het verschijnen en verspreiden van virussen, bleek al uit rapporten over de oorsprong van het coronavirus. "Hoe verder de mens inbreekt in ecosystemen, hoe meer kans dat er nieuwe virussen kunnen overspringen op de mens", schetst Stuyck het gevaar van zoönoses. 

Hoe meer de mens verder inbreekt in ecosystemen, hoe groter de kans dat nieuwe virussen op de mens overspringen, zoals bij corona

Koen Stuyck, WWF

Bovendien is de biodiversiteitsscore een vroegtijdige indicator voor de gezondheid van de natuur. "Waar populaties achteruitgaan, betekent dat heel vaak dat het ecosysteem achteruitgaat. Het wordt vernietigd, of het raakt versnipperd", zegt Stuyck. "Herstel van de populaties wordt daardoor moeilijker, en als het aantal onder een bepaald niveau zakt, wordt het nog moeilijker om zich te herstellen. Dat betekent meteen ook dat de natuur ons niet meer de diensten kan leveren die ze ons normaal levert."  

BEKIJK - De zoo van Antwerpen en dierenpark Planckendael investeren in kweekprogramma's en de bescherming van de leefgebieden van de dieren:

Videospeler inladen...

Vanwaar de link met klimaatopwarming?

Het LPR-rapport benadrukt ook dat het verlies aan biodiversiteit en de verdere klimaatopwarming hand in hand gaan. Wat goed is om de klimaatopwarming tegen te gaan, is goed om de biodiversiteit te helpen, zoals het tegengaan van het kappen van bossen en het bewaren van zoveel mogelijk natuurlijke leefgebieden. 

Anderzijds is het zo dat hoe meer de klimaatopwarming zich doorzet, hoe meer de biodiversiteit onder druk zal komen te staan omdat er zich dan nog meer weerextremen zullen aandienen zoals lange droogtes (die bijvoorbeeld bosbranden in hand werken) of net zware regens met overstromingen en stormweer. "De zware bosbranden in Australië van enkele jaren geleden hebben bijna volledige populaties aan diersoorten vernietigd. De koala's bijvoorbeeld hebben toen een heel grote schok gekregen." 

De bosbranden in Australië hebben een zware tol geëist onder de dieren

Bovendien is het zo dat als een habitat van een bepaalde diersoort niet rechtstreeks door de mens wordt aangetast, de snelle klimaatverandering heel wat vaste patronen kan aantasten, zodat de dieren toch in de problemen komen.

Tegelijk doet de klimaatverandering bepaalde parasitaire soorten beter gedijen. Kevers en motten die noordelijke bossen aantasten overleven beter tijdens zachte winters en kunnen zich makkelijker voortplanten dor het langere oogstseizoen. Daardoor sterven er meer bomen in de gematigde, noordelijke gebieden van Noord-Amerika en Europa.   

Klik hier voor het volledige rapport. 

Het WWF maakte onderstaande kaart over het verwachte verlies aan biodiversiteit op het land en in zoetwatergebieden bij een opwarming van 2 graden Celsius tegenover de pre-industriële periode, tegenover een opwarming met 4 graden. Hoe roder de gebieden kleuren, hoe groter de verliezen. Momenteel zitten we aan een opwarming van 1,1 graden.   

Goed voor het een, is goed voor het ander

Het WWF wil klimaat en biodiversiteit dan ook aan elkaar koppelen: de strijd tegen klimaatverandering kan samengaan met de strijd voor het behoud van biodiversiteit. 

Na de klimaatconferentie in november in Egypte (de COP27) volgt nog een belangrijke biodiversiteitsconferentie, eveneens onder de vleugels van de VN. 

Stuyck ziet lichtpunten: "Klimaat en biodiversiteit zijn twee kanten van dezelfde munt. Er komen nieuwe kansen op de COP, maar ook vanuit de EU met de voorgestelde herstelwet (die wel nog door het Europese Parlement en door de Raad moet, red.) die lidstaten zou verplichten om natuur te herstellen." 

Op de COP in Glasgow vorig jaar werd ook een plan aanvaard om de ontbossing aan banden te leggen, maar de echte deadline voor het definitief stoppen van ontbossing ligt pas in 2030.  

We moeten de situatie keren, anders kom je in neerwaartse spiraal terecht die je niet meer kan stoppen 

Koen Stuyck, WWF België

De toestand is inderdaad precair, en de komende periode wordt erg belangrijk. "Op de biodiversiteits-COP (officieel de CBD COP15) in Canada sluiten we een periode van tien jaar af. Helaas zijn de in Nagoya (Japan) vooropgestelde Aichi-doelstellingen qua biodiversiteit niet gehaald", vertelt Koen Stuyck. 

"We hebben alle Aichi-doelen gemist. Ook voor biodiversiteit naderen we, net zoals voor grote natuurhabitats, kantelpunten (waarbij een onomkeerbare verandering intreedt, red.).", aldus Stuyck. Het is aan de regeringen en beleidsmakers om bijvoorbeeld de leefgebieden van wilde dieren beter te beschermen, maar ook wij kunnen iets doen door onze voetafdruk te verkleinen. "We moeten de situatie keren, want anders zet je een neerwaartse spiraal in werking die je niet meer kan stoppen", waarschuwt Stuyck. 

Darwin's frog of Darwins bekbroeder: ook van deze kikker zijn er niet oneindig veel exemplaren meer over.
WWF

Meest gelezen