Waarom een buienradar het níét altijd bij het rechte eind heeft: motregen en weerfenomenen gooien roet in het eten

De regen-app op je smartphone waarschuwt je voor neerslag, maar het blijft droog. Ook al meegemaakt? VRT-wetenschapsjournalist Koen Wauters weet hoe het komt en legt het uit in "De inspecteur" op Radio 2.

Radars

Ze zijn handig om te weten wanneer die voorjaarsstorm zal toeslaan. En of je tuinfeestje in de zomer verpest zal worden door een verdwaalde regenbui. Maar hoe weten apps of er regen in de lucht hangt en wanneer die zal vallen?

Alle weerapps werken in principe op dezelfde manier. Ze zijn verbonden met weercomputers, die neerslag gaan voorspellen op basis van waarnemingen. Ze bundelen informatie over de temperatuur, de luchtvochtigheid en de wind.

Die informatie komt van verschillende bronnen: weersatellieten, weerballonnen, grondmetingen en ook meteorologische radars. In ons land staan er vier van die weerradars. Ze zijn eigendom van het KMI en van de Vlaamse milieumaatschappij.

Zoals elke radar stuurt een weerradar een elektromagnetische golf uit. Die weerkaatst op neerslag en daaruit kunnen computers afleiden of het regent en hoeveel. Zo kunnen ze de wolkenbeelden reconstrueren en voorspellen welke richting de neerslagzone uitgaat.

Foutje

Maar soms voorspelt de app regen terwijl het droog blijft, of omgekeerd. Dat kan verschillende oorzaken hebben.

  • De golven van een buienradar worden weerkaatst door neerslag. Maar bij heel fijne waterdruppels (zoals motregen) lukt dat niet. Of maar heel weinig. Dan regent het dus terwijl de radar zegt van niet.
  • Omgekeerd gebeurt het ook dat regen verdampt voor hij op de grond valt. Dan geeft de radar dat het regent, terwijl dat niet zo is.

Niet zo nauwkeurig

De meeste apps gebruiken ook nog andere data: temperatuur, lucht­vochtigheid, wind... Alles bij elkaar is dat heel veel informatie. Daarom leggen de computers een raster op de wereld. Dat zijn dus horizontale en verticale lijnen die elkaar kruisen. De computers beperken de input van de waarnemingen dan tot de kruispunten van dat rooster. Op die manier hoeven ze veel minder zware berekeningen te maken.

Dat werkt dus makkelijker, maar het heeft wel een nadeel: heel lokale voorspellingen zijn meestal niet mogelijk. Het weer voor Mechelen en omgeving voorspellen gaat bijvoorbeeld nog, maar de exacte weersvoorspelling voor een gehucht in de buurt van de stad is al een pak moeilijker. Zeker als je dan weet dat sommige weerfenomenen, zoals onweer, heel lokaal zijn. Je houdt dus best rekening met een foutenmarge.

Zelfde info

Het maakt dus in theorie niet zo veel uit welke app je kiest. Ze baseren zich allemaal op ongeveer dezelfde gegevens, buienradars, weercomputers en waarnemingen. Die informatie is trouwens voor iedereen vrij toegankelijk. De apps zijn alleen een handig instrument die de verschillende parameters met elkaar linken.

Ben je geen fan van reclame? Dan kun je voor een niet-commerciële app kiezen, zoals die van het KMI. Bovendien is de kans groot dat je dan minder snel meldingen zal krijgen. Want telkens als je een commerciële app opent, betekent dat voor de makers hogere reclame-inkomsten.

Beluister hier het volledige gesprek met journalist Koen Wauters in "De inspecteur":

Meest gelezen