Oehoe uit Leuven is gestorven aan duivenherpes
De vader-oehoe van het uitzonderlijke uilennest in de Leuvense binnenstad is gestorven aan het duivenherpesvirus. Dat blijkt uit onderzoek van het team van Wildlife Health Gent. Enkele maanden geleden werden drie oehoe-kuikens ouderloos achtergelaten in het centrum van Leuven. Eerst verdween de moedervogel, later werd de vader dood aangetroffen.
Na de dood van de vader oehoe en het verdwijnen van moeder oehoe zijn de verzwakte uilskuikens naar het vogelopvangcentrum van Heusden-Zolder gebracht.
Wildlife Health Gent onderzocht de dode vader-oehoe, en een sectie bracht duidelijkheid.
"Op de lever en milt werden verschillende witte vlekken gezien, die wezen op een infectieziekte. Onderzoek wijst nu op het duivenherpesvirus, meer bepaald het columbid herpesvirus 1 (CoHV1). Dat virus circuleert in de wilde duivenpopulatie zonder al te veel problemen te veroorzaken. Het virus komt terecht bij roofvogels na het opeten van CoHV1-positieve duiven. Zodra het virus in de organen terechtkomt, wordt een roofvogel ziek."
Dierenartse Naomie Terriere onderzocht het uilenkadaver: "Het ging om een verdacht overlijden, dus hebben we alles onderzocht. Al snel bleek het niet om een jachtincident of kogel te gaan. Ook vergifting konden we na toxicologisch onderzoek uitsluiten. Maar op de organen zagen we vlekken die wezen op ziekte en uiteindelijk kwamen we uit op dat duivenherpesvirus. Oehoes diep in de bossen in de Ardennen zullen veel meer keuze hebben om prooien te maken. Maar in een stadscentrum zitten altijd veel duiven. En nu weten we dat dat mogelijk gevaar inhoudt voor roofvogels zoals oehoes. We hebben dit uilengezin ook uitzonderlijk goed opgevolgd. Daardoor weten we dat nu allemaal. Er is weinig aan te doen, het is de natuur."
Duiven weghouden van oehoes ?
Het duivenherpesvirus is onmogelijk te bestrijden vanwege de zeer grote populatie duiven. Volgens Wildlife Health Gent blijven besmette vogels het virus heel hun leven dragen, maar blijven ze doorgaans gezond en wel. Er zijn ook geen zichtbare symptomen.
De bestrijding van het virus in de duivenpopulatie is daarom zeer moeilijk. Ook het vermijden van overdracht op roofvogels in het wild is niet evident. Bij roofvogels in gevangenschap wordt sterk aangeraden geen duiven als voedsel te gebruiken en ze weg te houden van duiven. In het wild is dat praktisch onmogelijk.
