Nicolas Maeterlinck

Rapport toont grensoverschrijdend gedrag tegenover doctoraatsstudenten aan UGent: "Van machtsmisbruik tot racisme" 

Doctoraatsstudenten aan de Universiteit Gent krijgen vaak te maken met verschillende vormen van grensoverschrijdend gedrag. 120 jonge onderzoekers van tien faculteiten vertelden tijdens rondetafelgesprekken over een toxische werkomgeving, onaanvaardbare werklast en favoritisme. De gesprekken kwamen er na een "Pano"-reportage over machtsmisbruik aan de UGent.

Sinds de "Pano"-reportage over machtsmisbruik aan de UGent heeft de universiteit verschillende initiatieven opgestart om zulke praktijken in de toekomst te vermijden. Maar een intern rapport spreekt boekdelen over hoe er nog steeds sprake is van grensoverschrijdend gedrag bij doctorandi en postdocs.  

“We zijn dit onderzoek gestart met 120 doctorandi uit tien verschillende faculteiten omdat we het perspectief van jonge onderzoekers in kaart wilden brengen”, zegt Dries Bostyn, vertegenwoordiger van de doctoraatsstudenten. “Met de rondetafelgesprekken wilden we de positieve en negatieve ervaringen bundelen. Er is een nota tot stand gekomen en verschillende aanbevelingen voor de universiteit.”  

Macht van promotoren

Er is vaak sprake van een toxische werkomgeving, een cultuur van favoritisme en een onbeteugelde werklast. Dat hangt allemaal samen met de macht van de promotoren. “Vaak werd er losjes omgesprongen met de regelgeving rond verlof aanvragen”, geeft Lorenzo Eecloo van de socialistische vakbond ACOD aan. “Ook krijgen doctorandi vaak taken die niet tot hun takenpakket behoren.”  

“Daardoor hebben ze geen tijd voor hun echte doctoraatsonderzoek, waar ze eigenlijk voor zijn aangenomen. Wel moeten ze zich inzetten voor lesondersteuningen of labo-onderzoeken. Allemaal om het werk van de promotor makkelijk te maken, waardoor het doctoraatsonderzoek iets is voor de vrije tijd”, zegt Eecloo nog.  

De macht van promotoren is zo groot, waardoor doctorandi alles slikken en accepteren uit angst dat ze hun doctoraat anders niet halen

Lorenzo Eecloo, socialistische vakbond ACOD

De jonge onderzoeker gaf aan dat ze "geen sociaal leven meer had" en "zich schuldig voelde wanneer die familie bezocht tijdens het weekend". Andere doctorandi gaven aan dat dit als de norm wordt gezien binnen de faculteit. 

Doctorandi spreken in het rapport over een “structureel gebrek aan feedback”. Ook geven ze aan dat een “overdreven hiërarchische structuur” maakt dat promotoren hun macht misbruiken. Het gaat echt over schreeuwen, vernederingen en seksisme. “De macht van promotoren is zo groot, waardoor doctorandi alles slikken en accepteren uit angst dat ze hun doctoraat anders niet halen”, zegt Eecloo nog.  

Racisme

Internationale jonge onderzoekers gaven aan dat ze zich sneller geïsoleerd voelen. Dat is niet de enige uitdaging waarmee ze geconfronteerd worden. Zo was er sprake van een promotor die internationale jonge onderzoekers probeerde aan te trekken uit China. Hij zette ze samen in één kantoor om een soort dwangarbeid tot stand te brengen. De promotor zou ook niet de moeite genomen hebben alle namen te leren en sprak van "Die Chinees die voor mij werkt". 

De niet-Belgische onderzoekers kregen bij bepaalde faculteiten onderhoudstaken toegewezen en moesten langere werkuren werken dan hun Belgische collega's. Ook maakten oudere Belgische collega's er een spel van om Nederlands te spreken in het bijzijn van niet-Belgische jonge onderzoekers, waardoor ze zich nog meer geïsoleerd voelden. 

Wantrouwen voor meldpunten

Sinds de "Pano"-reportage van 2022 heeft UGent al maatregelen genomen en een meldpunt opgericht. Toch gaf het onderzoek aan dat de universiteit geen betekenisvolle of doeltreffende remedie bood voor de klachten die ze uitten. Algemeen wordt Trustpunt, het centrale meldpunt van UGent, gezien als een complex systeem dat te onsamenhangend is. 

Trustpunt krijgt ook kritiek omdat onderzoekers de mensen die er werken niet vertrouwen. Doctorandi die naar het meldpunt gestapt waren, gaven aan dat er volgens Trustpunt altijd meer bewijs nodig was om aan te tonen dat er echt iets fout was. Ook verzekerde Trustpunt een jonge onderzoeker dat de decaan op de hoogte was gesteld van haar klacht, maar later bleek dat niet zo te zijn. 

“De UGent heeft heel wat aanbevelingen gekregen via dit rapport”, benadrukt Bostyn nog. “De rechten en positie van doctorandi moeten opnieuw worden vastgelegd. Zo weten ze duidelijker wat er van hen verwacht wordt en waar ze recht op hebben”, haalt Eecloo aan. 

“Niet tegen elkaar opzetten”

Met dit rapport willen de vertegenwoordigers van doctoraatsstudenten de proffen niet opzetten tegen de doctorandi of omgekeerd. “Niet elke professor is hetzelfde. We hopen gewoon dat dit de ogen kan openen en problemen waar we blind voor zijn geworden, onder de aandacht brengt. UGent neemt al initiatieven, maar we hebben nog een lange weg te gaan”, merkt Eecloo.

Aan UGent werken zo’n 7.000 doctorandi en andere jonge onderzoekers. Daar werden er 120 van gehoord. “Het is nooit de bedoeling geweest een representatief onderzoek te doen, het is een selectie. Maar het feit dat we op alle faculteiten dezelfde patronen zien opduiken, suggereert wel dat het diepgeworteld zit”, sluit Bostyn af.  

Meest gelezen