Roy Tee/ Hollandse Hoogte

Arno overleden aan gevolgen van pancreaskanker: portret van een rocklegende en enfant terrible van de Belgische muziek

Arno Hintjens is overleden. De rockzanger, geroemd om klassiekers als “Oh la la la", "Putain putain" en "Les yeux de ma mère", kreeg eind 2019 de diagnose pancreaskanker. Hij bleef tot het einde van zijn leven trouw aan zijn allergrootste liefde: de muziek. Eind februari stond hij nog op het podium van de AB, de voorbije maanden werkte hij aan een nieuw album, dat postuum zal worden uitgebracht. Arno werd 72 jaar. Een portret van een van de belangrijkste namen uit de Belgische muziekscène. 

8 november 2019. VRT maakt wereldkundig dat Arno de Lifetime Achievement Award op de MIA’s in ontvangst mag nemen. Het had de kers op de taart moeten worden van een rijk gevuld feestjaar: de rockzanger was in mei zeventig geworden, had dat gevierd met enkele mooie verjaardagsconcerten en zijn nieuwste album “Santeboutique” werd positief onthaald. 

Radio Willy wil “le plus beau” interviewen, maar Arno haakt op het laatste moment af. “Ik kan niet, ik zie geel, ik moet naar de dokter”, laat hij aan PR-manager Filip De Groote weten. “Een paar dagen later viel het verdict: pancreaskanker”, blikt De Groote terug. “’Ik heb het aanvaard’: dat is het eerste wat hij tegen mij zei. Hij was tevreden met het leven dat hij had geleid, vond dat hij met zijn gat in de boter was gevallen. Dat gevoel gaf hem rust. Al betekent dat niet dat hij zich liet gaan, integendeel: hij wilde tegen zijn ziekte vechten.” 

En dat doet hij: tussen november 2019 en januari 2020 ondergaat Arno drie keer chemotherapie, begin februari gaat hij onder het mes. Al die tijd blijft hij optreden. Enkele dagen voor zijn operatie staat hij daadwerkelijk op het podium van de MIA’s om zijn award te ontvangen. 

"Is dit een MIA'? Ik dacht dat dat een beeld van een vrouw zou zijn": Arno neemt in ware Arno-stijl zijn award in ontvangst:

Videospeler inladen...

Het is niet de eerste en niet de laatste prijs die Arno achter zijn naam mag schrijven. In 2002 ontvangt hij in Frankrijk de onderscheiding van Ridder in de Kunsten en Letteren, in maart 2022 krijgt hij het ereteken van Officier in de Kroonorde uit handen van Brussels minister Sven Gatz én de carrièreprijs op het filmfestival van Oostende. En met reden. “De dag dat Arno verdwijnt, is het alsof er een prachtig oud gebouw in de benedenstad wordt afgebroken”, stelt acteur en vriend Josse De Pauw in het Radio 1-programma “Touché”.

"Amai, ik leef"

Al op jonge leeftijd weet Arno dat hij van muziek zijn leven wil maken. De geboren en getogen Oostendenaar wil naar de kunstacademie, maar zijn ouders sturen hem naar de koksschool. “Ik heb volgehouden voor mijn vader, hij zat ermee in dat ik geen diploma zou hebben”, vertelt hij in “Charlatan”, de documentaire over zijn leven uit 2021. Maar wanneer zedenleraar Hubert Decleer hem laat kennismaken met Sonny Boy Williamson, is er geen houden meer aan. “Dat heeft me wakker geschud. Ik dacht: ‘Amai, ik leef’.”

Arno is niet alleen muzikaal maar ook culinair onderlegd. Hij toont op televisie hoe je de perfecte garnaalkroket maakt:

Videospeler inladen...

De muzikale invloeden stapelen zich op. “One night with you” van Elvis Presley geeft hem naar eigen zeggen het gevoel van een eerste orgasme, hij loopt hoog op met The Kinks en Kurt Weill, gaat met zijn ouders geregeld naar cabaretoptredens in ’t Witte Paard in Blankenberge en zou zonder Robert Johnson, James Brown en Otis Redding “burgemeester van Oostende zijn geworden in plaats van zanger”.

Op zijn 16e leert Arno Sonja Vanhee kennen, zijn eerste grote liefde. “Zij was vooruit in alles. Een revoltemadam. Een madam met kloten” zegt hij over haar. “We hebben elkaar ontmoet in volle zoektocht naar onze identiteit. En we zeiden gewoon: de wereld is van mij”, vult ze zelf aan. Sonja neemt Arno vaak mee naar Londen en introduceert hem er in haar vriendenkring. Ze duwt hem ook zijn eerste mondharmonica in de handen, en is erbij wanneer hij voor het eerst op een podium staat.

Een flesje Coca-Cola

Dat is met Freckleface, een Oostends kwartet opgericht door zanger-bassist Paul Vandecasteele. De 19-jarige Arno wordt binnengehaald als mondharmonicaspeler en neemt een van zijn maten, Paul Couter, mee. Aangevuld met drummer Jean Lamoot speelt de band een mix van progressieve rock en blues. Hun titelloze lp gaat amper 300 keer over de toonbank, maar het fundament voor Arno’s verdere carrière is gelegd.

Samen met Paul – die later zou uitgroeien tot zijn “bloedbroeder” – richt hij in 1972 punkgroep Tjens Couter op. Ze leren de stiel door op straat te spelen. Hun eerste plaat verkoopt slecht, maar de optredens nemen toe. Intussen zorgt Sonja Vanhee ervoor dat de song “Gimme what I need” in de jukeboxselectie van de toenmalige New Yorkse punktempel CBGB belandt, tussen bands als The Fleshtones, Ramones en Talking Heads.

Ik wil als een flesje Coca-Cola zijn. Mensen moeten mij direct herkennen. Niet fysiek, maar door mijn sound.

Arno Hintjens

In 1977 sluiten Ferre Baele en Rudy Cloet zich aan bij het duo. Samen leveren ze een tweede plaat op vooraleer ze in 1980 transformeren naar T.C. Matic. Rasechte bluesgitarist Paul heeft moeite met de ingeslagen weg en stapt al na enkele maanden uit de band. Jean-Marie Aerts neemt zijn plaats in, Serge Feys komt erbij. Marcel Vanthilt wordt roadie en lichtman van dienst. 

“Ik wil als een flesje Coca-Cola zijn. Mensen moeten mij direct herkennen. Niet fysiek, maar door mijn sound”, klinkt het in “Charlatan”. Met T.C. Matic slaagt Arno in zijn opzet: hij versmelt rock, blues, punk, funk, soul, new wave en chanson tot een volstrekt eigen geluid, waarmee de band zijn tijd ver vooruit is. Met “Oh la la la” uit 1981, “Putain putain” uit 1983 en “Elle adore le noir” uit 1985 heeft Arno zijn eerste grote hits te pakken. Er volgen vier albums, waarvan “Choco” wordt aanzien als de plaat die de Belpop introduceerde in Europa. 

Een piepjonge Bart Peeters kondigt in 1984 een even "piepjong groepje" aan:

Videospeler inladen...

Hun stevige livereputatie levert de groep niet alleen optredens in het buitenland op, maar ook het voorprogramma voor de Schotse newwaveband Simple Minds. Kort daarna zetten de muzikanten een punt achter de band. Door de tegenvallende tournee volgens sommigen, simpelweg omdat ze op elkaar zijn uitgekeken volgens anderen. Achter de schermen heeft Arno zijn pijlen al een tijdje op een solocarrière gericht, en na de split in 1986 waagt hij de sprong.

Omringd met topmuzikanten

De 36 jaren waarin Arno soloartiest is geweest, bevatten meer hoogtepunten dan één artikel kan samenvatten. Er is “Forget the cold sweat” op “Arno” (1986), de Adamo-cover “Les filles du bord de mer” op “Idiot savants” (1993), “Les yeux de ma mère” op het eerste volledig Franstalige album “A la française” (1995), “Solo gigolo” op “Charles ernest” (2002) en “Dance like a goose” op “Human incognito” (2016). En uiteindelijk is er “Vivre”, zijn 22e en meest recente plaat uit 2021. 

Arno heeft de gave om zich telkens opnieuw met uitstekende, vaak jonge muzikanten te omringen. Accordeonist Ad Cominotto duikt eind jaren tachtig als uit het niets op en is bepalend voor de klankkleur van onder andere “Charlatan”. Gitarist Geoffrey Burton plukt hij eind jaren negentig van een podium – hij zou nadien nog voor Iggy Pop, Alain Bashung en Grace Jones werken. En de laatste jaren vindt hij een compagnon de route in bassist Mirko Banovic. Al die tijd duiken oud-bandleden Rudy Cloet en Serge Feys nog regelmatig aan zijn zijde op – alleen met Jean-Marie Aerts is er iets gebroken. Daardoor is er, ondanks de grote vraag, nooit een reünieconcert van T.C. Matic gekomen. 

Elke nieuwe plaat, elk nieuw project, resulteert in een Europese tournee. Alleen met de Angelsaksische landen botert het niet. Dat betekent niet dat ze Arno daar niet kennen. Niemand minder dan Ray Davies van The Kinks, de band waar hij zelf zo hard naar had opgekeken, vraagt hem in 2010 om mee te werken aan een duetalbum waarvoor ook Bruce Springsteen, Frank Black en Metallica een bijdrage leveren. 

Wanneer er tijd overschiet, laat Arno zich verleiden tot grote of kleine filmrollen. Al is hij de eerste om toe te geven dat dat deel van zijn carrière geen hoogvlieger is. “Een koe kan geen champagne geven”, laat hij daarover optekenen. 

In 1987 speelt Arno de hoofdrol in "Skin", een film van Guido Henderickx:

Videospeler inladen...

“Niet rijk, maar rijp”

Arno’s carrière gaat dan wel alleen maar crescendo, privé zijn er meer hobbels op de weg. Wanneer hij op zijn 18e het ouderlijke huis verlaat, wuiven zijn ouders hem uit met de boodschap: "Je mag altijd naar huis komen om te eten, maar je mag nooit geld vragen.” Een fantastische les noemt hij het zelf. Geld heeft hij nooit gevraagd, maar hij ziet wel zwarte sneeuw. Het duurt tot de komst van zijn eerste manager Cyril Prieur, rond zijn veertigste, vooraleer Arno financiële en contractuele stabiliteit kent. 

Wakker heeft de zanger daar nooit van gelegen. “Luxe interesseert mij niet”, vertelt hij tegen VRT-journaliste Friedl’ Lesage. Zij sprak enige tijd geleden voor het laatst met Arno in zijn Brussels stamcafé l'Archiduc. De “Touché Special Arno” wordt binnenkort uitgezonden op Radio 1. “Ik voel mij niet rijk, maar rijp, met de ‘p’. Dat is beter. Op tournee heb ik liever een klein kamertje dan een suite waarbij je de metro moet nemen om naar het toilet te gaan. Een e-mail heb ik nog nooit verstuurd. Rijkdom is last, je moet dat dragen.”

Ik ben niet rijk, maar rijp, met de 'p'. Dat is beter. Rijkdom is last, je moet dat dragen.

Arno Hintjens in "Touché Special Arno", dat postuum zal worden uitgezonden op Radio 1

Het typeert Arno’s visie op het leven, die hem met de paplepel werd ingegeven door zijn ouders. “Mijn vader was heel sociaal en geëngageerd. In het weekend ging hij gratis gas en elektriciteit leggen bij mensen die geen geld hadden. Mijn moeder was een feministe.” Van superieur gedrag krijgt hij rillingen. Veel van zijn teksten steken de draak met de machtigen in de politiek, de muziek of de economie.

Van nationalisten moet hij evenmin weten, al noemt hij zichzelf geen Belgicist. "Ik ben een Arnoïst. Een Vlaamse Europeaan uit Oostende die in Brussel woont. Een West-Vlaming die van Limburgers houdt. Iemand die naast patatten met saucissen ook moussaka wil eten. Ik ben als een oude hoer: ik sta voor alles open." Zijn sociaal engagement uit zich ook in de gratis 0110-concerten voor verdraagzaamheid, waarvan hij samen met Tom Barman en Frederik Sioen het uithangbord is.

BEKIJK - Van Tjens Couter over T.C. Matic tot Arno als soloartiest, een overzicht van zijn carrière:

Videospeler inladen...

Sterk libido

Arno erft niet alleen zijn vaders gevoel voor rechtvaardigheid, maar ook diens gesloten karakter. Volgens Sonja Vanhee, met wie Arno uiteindelijk tien jaar samen zou zijn, was de zanger extreem verlegen en bescheiden. “Zodra hij in een situatie terechtkomt die wat te persoonlijk is, doet hij een pirouette of steekt hij een monoloog af en hij begint over iets anders."

“Echt diepe gesprekken over gevoelens hebben we nooit gehad”, bevestigt ook zijn broer Peter. “Je botst altijd op een muur. Ik denk wel dat hij soms de behoefte heeft om eens te praten, maar het gaat niet. Hij kan dat moeilijk overwinnen.” Arno wijt het in zijn interview met Friedl’ Lesage aan autisme. Dat is volgens hem ook de reden waarom hij op zijn zesde is beginnen stotteren, iets waar hij jarenlang mee heeft gekampt.

 “Mijn libido was sterk vroeger. Ik was in de fleur van mijn leven. En ik vond dat plezant, seks. Amai.”

Arno Hintjens in "Charlatan"

“Met de mamzels is hij wél altijd vlot geweest. Daar was hij specialist in”, lacht Sonja. Arno heeft nooit veel moeite gedaan om zijn imago als rokkenjager tegen te spreken. “Mijn libido was sterk vroeger. Ik was in de fleur van mijn leven. En ik vond dat plezant, seks. Amai.”

Na Sonja Vanhee volgen nog vaste relaties met Sonia Dufour en de Franse zangeres Marie-Laure Béraud, met wie hij twee zonen heeft. “Mijn kinderen maken mij gelukkig. Ik ben fier op hen.” Hij vertrouwt Friedl’ Lesage toe dat zijn oudste zoon is geadopteerd. “Hij is gelijk een zoon voor mij, wil zijn echte vader ook niet kennen. Hij zegt dat ik zijn vader ben.” 

De laatste jaren van zijn leven brengt hij door met Sophie Dewulf. Het is zij die in november 2019 ontdekt dat er iets mis is met Arno’s gezondheid. “Ik had gemerkt dat het wit van zijn ogen een gelige kleur had gekregen. Zijn huisdokter kon niet meteen iets vinden, maar daar nam ik geen genoegen mee. In het ziekenhuis viel de diagnose: pancreaskanker. Vooral het woord ‘pancreas’ baarde me zorgen: ik heb vijf of zes mensen met die kanker gekend, en ze zijn allemaal binnen de zes maanden heengegaan.”

“Music is my dope”

Na zijn operatie in februari 2020 gaat het met Arno op en af. Hij neemt het album “Vivre” op, geeft enkele kleinschalige concerten en werkt mee aan “Charlatan”. In januari 2021 volgt opnieuw een lange periode van chemotherapie, in april belandt hij weer in het ziekenhuis met complicaties. In die periode verliest Paul Couter zijn gevecht tegen kanker, maar niet voordat Arno met een jamsessie afscheid is gaan nemen van zijn beste vriend.

In het najaar van 2021 komt Arno er nog één keer bovenop. “Kunnen we misschien nog eens beginnen te repeteren”, vraagt hij aan PR-manager Filip De Groote. “Ik herinner me nog hoe ik binnenkwam tijdens zo’n repetitie. Arno zat met zijn rug naar mij. Eerst speelde alleen de piano, daarna de drums en toen de gitaren. Je zag hem groeien. Muziek heeft hem zijn hele leven er bovenop geholpen, en dat was in de laatste maanden niet anders.”

"Het journaal" volgt Arno voor, tijdens en na zijn Radio 1-sessie:

Videospeler inladen...

Music is my dope. Als ik optreed, voel ik me beter en is de pijn weg”, zegt Arno zelf. Hij staat nog zes keer op de planken: één keer tijdens een Radio 1-sessie, drie keer in de AB en twee keer in thuishaven Oostende. Eind februari ontvangt koning Filip hem nog op het paleis. Zijn laatste concert in de AB half maart wordt geannuleerd.

Postuum album

Arno laat de Belgische muziekindustrie verweesd achter. Hij is de grondlegger van de Belpop en heeft Belgische artiesten geleerd dat het mogelijk is om als Belgische band van muziek te leven. Stromae, Stef Kamil Carlens, Zwangere Guy, Mauro Pawlowski: het zijn maar een paar van de vele namen die hij heeft beïnvloed. Pawlowski noemt “Choco” van T.C. Matic een van de beste platen ter wereld.

Er verschijnt postuum nog een 23e album, opgenomen in de laatste weken van zijn leven in de Brusselse ICP-studio's. “De plaat is nog niet af”, weet Filip De Groote daarover te vertellen. “We willen het liever rustig afwerken in plaats van snel uit te brengen.” De Groote noemt het een terugblik op het verleden. “Arno grijpt terug naar de bluesjaren van Tjens Couter, speelt mondharmonica ook. Hij heeft het onder meer over de maîtresse van zijn grootvader en praat tegen vrouwen. Zijn broer speelt saxofoon op een song, zijn zoon verzorgt de beats. Het is een heel persoonlijk ding geworden.” 

Ook voor De Groote is het verlies immens. “Arno was een echte charlatan, maar dan wel in de goede zin van het woord. Geen simpele, maar altijd joviaal. Er zat nul kwaad in hem. Hij mocht dan wel het imago van een rocker hebben, hij kon zich echt aantrekken wat mensen over hem zeiden. Internettrollen die hem afkraakten, dat deed hem iets. Een paar weken geleden heeft hij mij een half uur gebeld. Ik merkte: hij was afscheid aan het nemen. Hij heeft me bedankt. Arno apprecieerde wat mensen voor hem deden.”

“Is er leven na de dood”, vraagt Friedl’ Lesage Arno aan het einde van haar interview. “Ik weet het niet. Ik zal eens telefoneren, of faxen. Of neen: ik zal mailen.”

Bekijk het overzicht van de muzikale carrière van Arno uit "Het journaal" hier:

Videospeler inladen...

Meest gelezen