De Stampkothoeve
Alexander Dumarey

Bloedige plekken: de Stampkothoeve, waar de eerste gasaanval uit de geschiedenis in gang werd gezet

Plekken in Vlaanderen waar voorbijgangers niet beseffen dat ze geschiedenis onder hun voeten hebben. In de reeks "Bloedige plekken" ontdekken VRT-journalist Jos Vandervelden en fotograaf Alexander Dumarey de plaatsen waar ooit bloed vloeide, waar mensen een gewelddadige dood stierven. Maar waar de sporen van de geschiedenis zo goed als weggevaagd zijn. Vandaag: de hoeve waar een Duits regiment in 1915 6.000 moordende gasflessen opende.

Sinds de herdenkingen van 100 jaar Eerste Wereldoorlog is in de Westhoek nagenoeg geen enkele oorlogsherinnering nog verborgen voor het nageslacht. Als er één geschiedenis bestaat die moeilijk te vatten is voor het nageslacht, is dat het monsterlijke gebruik van gas als oorlogswapen. Al was het maar omdat gas nu eenmaal vluchtig is.

Op 22 april 1915 werd voor de eerste keer in de mensengeschiedenis chloorgas ingezet om de vijand uit te schakelen. In de late namiddag opende een gespecialiseerd Duits regiment 6.000 gasflessen. De honderden meters lange gaslinie vertrok vanuit de Stampkothoeve, gelegen in Zuidschote, vandaag op de grens van Ieper en Langemark-Poelkapelle. De hoeve staat er nog steeds. Een gedenkplaats is ze nooit geworden.

Alexander Dumarey

Stinkpioniere

"Het Stampkot" was oorspronkelijk een windmolen. Vanaf het einde van de negentiende eeuw werd het een mechanische stoommaalderij. Niet lang na de opmars van het Duitse leger kwam de hoeve midden in de Duitse linie te liggen. De gebouwen gingen dienen als kwartier van soldaten die een brutale opdracht kregen. Begin april 1915 werd vanuit de hoeve gestart met de aanleg van een gasfront. Tussen de Stampkothoeve en het Halfweghehuys ten noorden van Langemark, over zes kilometer, werden duizenden gasflessen in de grond geplant.

Een gespecialiseerde eenheid -"stinkpioniere" noemde de Duitsers hen- plaatste de stalen flessen aan elkaar gekoppeld in verschillende batterijen, telkens verbonden met een uitlaatslang. Een week lang werd er gewerkt.  Op 22 april rond 18 uur oordeelden de Duitse bevelhebbers dat de wind goed zat. Alle gasflessen werden gelijktijdig geopend. Een wolk van 168.000 kilo chloorgas dreef als een laaghangende mist in de richting van de geallieerde linies. Op de achtergrond hield artillerie zich klaar om toe te slaan als het gas zijn werk had gedaan.

Luchtfoto van een gasaanval aan het westfront in 1917

Nobelprijs

Het was vooral de Franse linie die getroffen werd. Geruchten over een mogelijke gasaanval gingen al langer. Maar het Franse voetvolk herkende de prikkelende geur en de wolk die in eerste instantie leek op een dauwachtige mist te laat. Honderden soldaten sloegen in het beste geval op de vlucht. Anderen kwamen gruwelijk aan hun einde.

Het Duitse leger sloeg meteen een bres in het front, maar vergat door te zetten. Het opperbevel had het succes van de gasaanval onderschat en had te weinig reservetroepen voorzien om door te stoten. Later zou zelfs worden erkend dat Duitsland de ultieme kans had laten liggen om Ieper onherroepelijk in te nemen.

Alexander Dumarey

Duitse soldaten waren ingekwartierd in de Stampkothoeve. Lang is gedacht dat ook het bevel tot het openen van de gasflessen vanuit de hoeve kwam. Het blijkt een misverstand. Het echte signaal kwam vermoedelijk van enkele kilometers verder, vanuit het Stampkot, het  gehucht in Staden rond een oude stenen stampkotmolen. Oorlogshistoricus Jan Vancoillie ontdekte de verwarring na  bronnenstudie van Duitse legerdagboeken. Op strategische hoogte hadden de Duitsers in Staden een commandopost met uitkijktoren en weerstation. Het feitelijke bevel tot de aanval werd in Staden gegeven door de legerbevelhebber en hertog Albrecht van Württenberg. Vanuit het AOK-hoofdkwartier in Tielt kreeg hij de algemene goedkeuring van generaal Erich von Falkenhayn, die op zijn beurt een lijn had met Berlijn. De generaal had ook het vertrouwen van Fritz Haber, chemicus, professor en de man die het gasregiment had opgeleid. Haber zou de geschiedenis ingaan als de vader van de chemische oorlogsvoering. In 1918 kreeg hij een betwiste Nobelprijs, niet voor de duizenden doden, wel voor de ontwikkeling van landbouwmeststoffen.

Gassed, door  John Singer Sargent

Toch waren het de Britten die het meeste gas inzetten tijdens de Eerste Wereldoorlog. Ze konden veel gemakkelijker profiteren van de overheersende westenwind in het oorlogsgebied. De verschillende partijen wisten zich steeds beter te verdedigen tegen gasaanvallen. Minder dan 10 procent van het totaal aantal oorlogslachtoffers zou de dood hebben gevonden door gas. Duizenden anderen droegen de gevolgen voor het leven.

Het geven van leven

De Stampkothoeve overleefde de oorlog, al was dat gehavend. In de jaren 20 werd ze 80 meter verder heropgebouwd. Ze kreeg de provinciebaan N369 voor haar deur. Twee opvallende oude windmolenstenen bij de ingang vertellen vandaag dat de hoeve liever wil worden herinnerd aan het geven van leven: het slaan van olie, het malen van graan.

Alexander Dumarey

Volg onze fotograaf op Instagram

Meest gelezen